Zoek in de site...

2006: Een (zenuw)slopende verkiezingsavond?

Eind 2006 vonden er Tweede Kamerverkiezingen plaats. Jan Peter Balkenende (CDA) had al drie kabinetten aangevoerd. Tijdens de campagne had de zittende premier het hard gespeeld tegen zijn bête noire Wouter Bos (PvdA), wat culmineerde in de fameuze uitspraak ‘U draait en u bent niet eerlijk’ van Balkenende aan het adres van Bos. De laatste had eerder in de peilingen op een ongekend hoog aantal van zestig zetels gestaan. Het beloofde een spannende verkiezingsavond te worden op 22 november. CPG-directeur en hoogleraar parlementaire geschiedenis Carla van Baalen verscheen die avond live in de televisie-uitzending van de NOS, waarin ze de binnenkomende uitslagen van commentaar voorzag. We blikken met Van Baalen terug op dit maar liefst drie uur durende tv-optreden.

2006 - Carla verkiezingsavond

Carla van Baalen. Bron: ru.nl

Bos tegen Balkenende, het is alweer vijftien jaar geleden. Hoe spannend waren deze verkiezingen?

‘De verkiezingsstrijd ging vooral tussen CDA-leider (en minister-president) Jan Peter Balkenende en PvdA-leider Wouter Bos. De media spraken wel van een ‘titanenstrijd’. Balkenende maakte zijn kabinetsbeleid tot inzet van de verkiezingen, wat behoorlijk goed werkte. Hij zei dat na het ‘zuur’ van de hervormingen nu de tijd van het ‘zoet’ van de maatschappelijke investeringen zou aanbreken. Bos had eerder in 2006 een onhandige uitspraak over de AOW gedaan, wat hem geen goed deed in de peilingen. Hij had gezegd dat rijkere ouderen zouden moeten gaan meebetalen aan de AOW. En ook de directe aanval van Balkenende op Bos tijdens het eerste verkiezingsdebat op radio 1 deed de PvdA-leider geen goed. De uitspraak van Balkenende – ‘U draait en u bent niet eerlijk’ – zette trouwens de toon voor het vervolg van de strijd tussen beide heren. Die toon was nou niet echt plezierig; het ging echt om aanvallen op de persoon van Bos.

En net als nu kwam er geen linkse samenwerking van de grond. GroenLinks en de SP wilden wel, maar de PvdA hield de boot af. En verder had de VVD het moeilijk omdat het leiderschap van Mark Rutte bepaald nog niet onomstreden was. Zijn grote tegenspeler Rita Verdonk voerde campagne met de leuze: ‘Stem VVD, maar wel op nummer twee’. En ten slotte probeerde zowel de PVV een plek in de Tweede Kamer te veroveren (Geert Wilders had na zijn vertrek uit de VVD in 2004 een eigen partij opgericht) als de Partij voor de Dieren. Het CDA ging het steeds beter doen in de peilingen, net als de SP.

Ik wist dit allemaal niet meer zo heel precies uit mijn hoofd, hoor. Haha! Daarom heb ik ter voorbereiding op dit interview het hoofdstuk van collega Hilde Reiding er even bij gepakt; zij schreef in het CPG-naslagwerk over de kabinetsformaties 1977-2012 het hoofdstuk over de formatie van 2006. Maar bij lezing ervan, kwam alles weer scherp op mijn netvlies te staan!’

U werd gevraagd om de uitslagenavond live te analyseren. Hoe bereidt een historica zich voor op zo’n avond?

‘Ik had per partij aantekeningen gemaakt. Interessante gegevens uit de geschiedenis van de partij had ik genoteerd, alsook een mogelijke duiding van winst en verlies. Een voorbeeld: D66 stond slecht in de peilingen. In mijn notities stond dat deze partij het altijd slecht deed (op één keer na) bij verkiezingen nadat zij deel had uitgemaakt van een kabinet, en ook wat daar mogelijke verklaringen voor waren. Ander voorbeeld. Bij de Partij voor de Dieren had ik opgeschreven hoe uniek dit was (waar ter wereld was er een Dierenpartij?) en hoe het nieuwe partijen in Nederland doorgaans vergaat.

Natuurlijk had ik ook de verkiezingscampagne op de voet gevolgd. En ik had een uitvoerig voorgesprek in Hilversum gehad, met onder anderen Maartje van Weegen die de verkiezingsavond presenteerde, en naast wie ik dus de hele avond zou zitten.’

De live-uitzending duurde maar liefst drie uur (van negen tot twaalf). Hoe was het om zo lang live op tv te zijn?

‘Ik was vooral in de weken ervoor zenuwachtig geweest. Ik was wel vaker live op tv geweest, maar dan dacht ik: oh, daar kijkt toch niemand naar – wat mij dan geruststelde. Maar dat kon ik onmogelijk denken bij deze live-uitzending! Daar zouden miljoenen Nederlanders naar kijken!

Maar toen ik er eenmaal zat, ging de tijd snel, en vond ik het vooral ontzettend leuk om zo in het hart van de uitslagenavond te zitten. En ik was natuurlijk niet steeds aan het woord, hè – er werd voortdurend geschakeld van de ene locatie waar een partij bijeenwas om de uitslagen te vernemen, naar weer een andere locatie waar weer een andere partij hetzelfde deed. Verslaggevers ter plaatse kwamen aan het woord, en natuurlijk ook alle lijsttrekkers. En er kwamen steeds nieuwe uitslagen binnen, waardoor de voorlopige uitslag er steeds weer iets anders uit kwam te zien. Dat hield ik bij, zowel voor mezelf als voor Maartje van Weegen…’

Naarmate de avond vorderde, zag Nederland de einduitslag gestalte krijgen. Uiteindelijk won het CDA deze verkiezingen met 41 zetels, acht meer dan de PvdA. De grote winnaar was de SP (25 zetels, een winst van 16). Nieuw in de Tweede Kamer kwamen de PVV (9 zetels) en de Partij voor de Dieren (2). De ChristenUnie ging van 3 naar 6 en zou in de kabinetsformatie die volgde de nieuwe coalitie van CDA en PvdA complementeren. Daarmee was het vierde kabinet-Balkenende een feit.