De universitaire opleider voor scherpe juristen

Jurisprudentie en leestips - Webinar Hypotheekrecht I

Overzicht inhoud webinar

Tweehuysen spreekt in twee webinars van een uur over het hypotheekrecht. In dit eerste webinar gaat Tweehuysen uitgebreid in op de vraag wanneer onderdelen van gebouwen of gebouwen zelf zijn nagetrokken door de grond en onderdeel van het hypotheekrecht zijn geworden.

Tweehuysen start met een bespreking van de hoofdregel uit art. 3:277 lid 2 BW, op grond waarvan het hypotheekrecht zich uitstrekt over alles wat het eigendom van het goed is. Zij behandelt twee routes die ertoe kunnen leiden dat een bepaald object onderdeel van het eigendomsrecht en dus van het hypotheekrecht wordt: de route van bestanddeelvorming uit art. 3:4 BW en de route van natrekking uit art. 5:20 BW.

In het kader van art. 3:4 BW gaat zij in op de twee zelfstandige grondslagen die het artikel geeft voor bestanddeelvorming. Zij bespreekt aan de hand van een aantal arresten wanneer sprake is van bestanddeelvorming op grond van de verkeersopvatting zoals bedoeld in art. 3:4 lid 1 BW. Daarnaast bespreekt zij aan de hand van recente jurisprudentie wanneer sprake is van een ‘zodanige verbinding dat de zaak niet kan worden afgescheiden van de hoofdzaak zonder dat daaraan enige schade van betekenis wordt toegebracht’, zoals bedoeld in art. 3:4 lid 2 BW.

In het kader van art. 5:20 lid 1 onder e bespreekt zij de route van natrekking. Ook hier zijn er twee zelfstandige grondslagen die kunnen leiden tot de conclusie dat sprake is van een object dat wordt nagetrokken door de grond. Ten eerste gaat het om de mogelijkheid dat een object wordt nagetrokken omdat het object ‘duurzaam met de grond is verenigd’. Aan de hand van verschillende arresten gaat Tweehuysen nader in op de vraag hoe dit criterium in de praktijk precies moet worden ingevuld. Ten tweede gaat het om indirecte vereniging met een ander gebouw of werk, waardoor een object wordt nagetrokken. Ook hier werkt Tweehuysen dit criterium van indirecte vereniging nader uit aan de hand van jurisprudentie.

Tweehuysen sluit af met de behandeling van een aantal problemen die kunnen ontstaan door bestanddeelvorming en natrekking voor de financier van de leverancier van bijvoorbeeld zonnepanelen of de exploitant van een circulaire gevel. Voor de verschillende problemen bespreekt zij tevens hoe deze problemen kunnen worden opgelost en wat de voor- en nadelen zijn van de verschillende oplossingen

Jurisprudentie en wetgeving

Over bestanddeelvorming

  • HR 15 november 1991, ECLI:NL:HR:1991:AD1791, NJ 1993/316 (Dépex/Bergel)
  • HR 6 december 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX7474, JOR 2013/65 m.nt. A. Steneker (Prorail Rijswijk)
  • HR 13 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1785,JOR 2021/53 m.nt. V. Tweehuysen (UTB/ Glencore)

Over natrekking

Verder lezen?

  • J. van der Plank, Natrekking door onroerende zaken (O&R nr. 94), Deventer: wolters Kluwer 2016, in het bijzonder hoofdstuk 3 en 4
  • J. van der Plank en D. de Jong, ‘Instrumenteel gebruik van het erfpachtrecht in het kader van circulair bouwen’, WPNR 2019/7224
  • Stichting LNSC Groningen (red.), Vastgoed en duurzaamheid (Ars Notariatus nr. 175), Deventer: Wolters Kluwer 2021, in het bijzonder deel IV.