Tentameneisen
Tentamen 2 - Overige IE-rechten, Europees Recht en Mededingingsrecht
Vereiste voorkennis |
Van de kandidaat wordt verwacht dat hij de kennis bezit die wordt getoetst in de volgende tentamens:
|
|
Doel van het tentamen |
De kandidaat dient ervan blijk te geven dat hij voldoende kennis bezit van het Nederlandse recht met betrekking tot de industriële eigendom (met uitzondering van het octrooirecht dat afzonderlijk wordt getoetst en met inbegrip van het mededingingsrecht) alsmede de meest relevante buitenlandse wetgeving en de belangrijkste internationale (waaronder communautaire) regelingen die daarop betrekking hebben. |
|
Kennis die wordt getoetst |
De kandidaat dient ervan blijk te geven dat hij kennis bezit m.b.t. de onderstaande onderwerpen - op zichzelf en in onderlinge samenhang - en dat hij deze kennis kan toepassen in een casus. De bedoelde kennis omvat ten minste:
|
|
Onderwerpen |
Systematiek van het IE recht |
De kandidaat kent de verschillende IE rechten en de toepasselijke wetten, communautaire wetgeving en internationale verdragen. De kandidaat kent het belang van de verschillende IE rechten en de actuele (inter)nationale ontwikkelingen daarbinnen. |
Gebruik van het IE recht in relatie tot de principes van vrij goederenverkeer en ongehinderde mededinging |
De kandidaat heeft grondige kennis van de verhouding tussen IE rechten enerzijds en het principe van het vrije verkeer van goederen binnen de EU resp. het mededingingsrecht anderzijds. |
|
IE gerelateerde overeenkomsten |
De kandidaat heeft grondige kennis van licentieovereenkomsten en de voorwaarden waaraan IE gerelateerde overeenkomsten moeten voldoen. |
|
Verhouding tussen IE-rechten |
De kandidaat heeft grondige kennis van de verhouding tussen de verschillende IE-rechten en de mogelijke samenloop van rechten. |
|
Bedrijfsgeheimen |
De kandidaat heeft grondige kennis van de wijze waarop bedrijfsgeheimen kunnen worden beschermd en wat hun relatie is met IE rechten. |
|
Slaafse nabootsing |
De kandidaat heeft grondige kennis van het leerstuk van de slaafse nabootsing. |
|
Kwekersrecht |
De kandidaat heeft basiskennis van het voor Nederland toepasselijke kwekersrecht. |
|
Merkenrecht |
De kandidaat heeft grondige kennis van het Benelux merkenrecht en het communautaire merkenrecht. |
|
Tekeningen- en modellenrecht |
De kandidaat heeft grondige kennis van het Benelux tekeningen- en modellenrecht en het communautaire tekeningen- en modellenrecht. |
|
Auteursrecht |
De kandidaat heeft basiskennis van het voor Nederland toepasselijke auteursrecht. |
|
Handelsnamen en domeinnamen |
De kandidaat heeft basiskennis van het voor Nederland toepasselijke recht met betrekking tot handelsnamen en domeinnamen. |
|
Methode van tentamineren |
Het tentamen wordt schriftelijk afgenomen. De tentamenduur is 3 uur. De tentamenopgave bevat een of meerdere casus waarin zich vraagstukken voordoen op het gebied van de intellectuele eigendomsrechten, het Europees recht en het mededingingsrecht. |