CNS
CNS

Master leidt studenten op tot hersenonderzoekers

In de onderzoeksmaster Cognitive Neuroscience duiken studenten diep in de hersenen, van visuele waarneming tot neurale netwerken en taal. “Fascinerend hoe het vuren van neuronen leidt tot gedrag”, zegt masterstudent Lydia Moonen.

Als middelbare scholier kon Lydia Moonen geen genoeg krijgen van Erik Scherder, het tv-programma *Mindf*ck* en ander lees- en kijkmateriaal over de hersenen. “Dit inspireerde me enorm om onderzoek te gaan doen”, zegt ze. Tijdens haar studie Psychologie en Filosofie aan de Radboud Universiteit volgde ze ook verschillende vakken van de bachelor Hersenen en Cognitie. Ze raakte gefascineerd door de veelomvattendheid van hersenonderzoek en koos daarom voor de onderzoeksmaster Cognitive Neuroscience (CNS). “Ik voel me aangetrokken tot de precisie ervan: je kijkt niet alleen naar de output, naar gedrag, maar ook naar de neurale mechanismen erachter. Ik vind het fascinerend hoe het vuren van neuronen leidt tot gedrag, taal en perceptie.”

Hoe werkt het?

De onderzoeksmaster Cognitive Neuroscience bestaat 20 jaar en trekt jaarlijks zo'n 100 studenten uit verschillende disciplines: vaak psychologie, maar ook taalkunde, AI, biologie of medische wetenschappen. Ze delen één ding: nieuwsgierigheid naar hoe het precies werkt in onze schedel. Uniek aan de Nijmeegse master is de geïntegreerde aanpak. In het eerste jaar verdiepen studenten zich in een van de vier onderzoeksthema's van het Donders Institute: Language and Communication; Perception, Action, and Decision-making; Development and Lifelong Plasticity; en Natural Computing and Neurotechnology. Studenten leren onder andere hoe we taal leren, begrijpen en produceren (en soms kunnen struikelen over woorden), hoe we onze weg vinden in een gebouw, gezichten onthouden en hoe onze hersenen blijven leren.

Studenten krijgen veel theorie en maken kennis met de onderzoekslaboratoria van het instituut en technieken zoals EEG. Tijdens een practicum in het ziekenhuis nemen studenten letterlijk een kijkje in de hersenen. Moonen legt uit: “Dan snijd je de hersenen van een overleden patiënt open en zie je waar de hippocampus zit.” Daar leerden ze ook hoe elk brein verschilt, afhankelijk van onder andere leeftijd, leven en doodsoorzaak. “Ik bekeek de hersenen van een 90-jarige vrouw en die zagen er verbazingwekkend goed uit, met een goede, volle structuur.”

Vanaf volgend academisch jaar zijn er kleine aanpassingen in de algemene en track-specifieke methodologiecursussen, maar in grote lijnen is de structuur van de master de afgelopen 20 jaar hetzelfde gebleven. Aan het begin van het programma specialiseren studenten zich in een van de vier tracks. Moonen koos voor Perception, Action, and Decision-making. “Ik vind visuele waarneming heel interessant. Het is niet zo dat je hersenen simpelweg beelden verwerken die op je ogen vallen. Bij het interpreteren van beelden nemen we veel kennis van de omgeving op. In de keuken neem je bijvoorbeeld eerder een kopje waar dan in een garage vol objecten.”

Moonen loopt nu een onderzoeksstage bij het Visual Cognitive Science Lab van Donders hoogleraar Marius Peelen. “Ik ga onderzoeken of verbeelding visuele waarneming kan beïnvloeden. Stel, je zit op de fiets en je stelt je de mooie vakantie van vorig jaar voor. Kun je dan nog steeds je omgeving goed waarnemen?” Het is een nieuw onderzoeksonderwerp, dus Moonen en haar begeleider werken eerst aan een experimenteel design: hoe kun je de hypothese dat verbeelding de waarneming beïnvloedt betrouwbaar testen?

Ongrijpbaar

Tachtig procent van de afgestudeerden wordt onderzoeker. Moonen wil dat ook graag, te beginnen met een PhD. Of ze dat in het buitenland of in Nijmegen wil doen, weet ze nog niet. “Ik vind beide opties interessant. In het buitenland doe je nieuwe ervaringen op, maar Donders is een zeer gerenommeerde en leuke plek om te promoveren. Bovendien kun je, zelfs als je hier promoveert, vaak een jaar naar het buitenland.”

De focus van de master op onderzoek komt ook tot uiting in het CNS Student Journal, waarin studenten hun masterscriptie publiceren. Hun artikelen komen overeen met die van officiële tijdschriften: Elsevier Science Publishers heeft Donders al geadviseerd om het tijdschrift op een open-access platform te zetten. Moonen is een van de redacteuren van het tijdschrift, die samen de twee beste artikelen per specialisatie selecteren. “Het is heel leerzaam en het geeft me een goede indruk van hoe ik later mijn eigen masterscriptie moet schrijven,” zegt ze.

Als een van de weinige masteropleidingen heeft CNS ook een eigen, zeer actieve studievereniging: Dondrite. Deze organiseert onder andere lezingen, reizen, een carrièredag en een jaarlijks congres genaamd Synapsium (een samentrekking van synaps en symposium). Voor het vorige Synapsium kozen Moonen en de andere commissieleden het thema ‘Ongrijpbaar’: onaantastbaar en moeilijk grijpbaar. “Omdat er nog veel dingen in de hersenen zijn die niet volledig onderzocht kunnen worden, zoals bewustzijn en menselijke cognitie. Zo benadrukken we dat er nog veel te ontdekken valt op dit gebied,” zegt Moonen.

Contactinformatie