Zoek in de site...

Paul van Gogh

Paul van Gogh is boeddhistisch geestelijk verzorger bij het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Hij begeleidt gedetineerden op het gebied van zingeving, levensvragen en meditatie vanuit een boeddhistisch levensbeschouwelijk kader. Ook is hij algemeen geestelijk verzorger bij SWZ, waar mensen met een lichamelijke en/of meervoudige beperking en niet-aangeboren hersenletsel worden ondersteund. In 2011 behaalde hij de master Geestelijke Verzorging aan de Radboud Universiteit.

De ladder beklommen
Paul is begonnen op het mbo en stroomde via het hbo door naar de universiteit. Na zijn hbo was hij werkzaam in de hulpverlening. Het was spannend voor hem om op de universiteit te starten en om te ondervinden of dit geschikt voor hem was. In de avonduren heeft Paul de verkorte bachelor Religiewetenschappen gedaan om vervolgens de master Geestelijke Verzorging af te ronden. Vooral de combinatie tussen wetenschap en religie/zingeving is iets dat hem erg aansprak. Paul vindt het leuk dat je verschillende posities en rollen moet innemen binnen het beroep. ‘Ik zou me het liefst meer bezighouden met wetenschappelijk onderzoek, maar dit is een vak apart dus dat wordt lastig. Ik probeer wel met wetenschappelijke inzichten bezig te zijn en deze toe te passen in mijn werk. Je werkt als geestelijk verzorger met het materiaal dat het beste bij je past en waarmee je aansluiting vindt bij de cliënt, maar als je de relevantie van je vak aan anderen uitlegt moet je ook de buitenpositie in kunnen nemen. Het in -en uitstappen in deze binnen -en buitenposities vind ik erg leuk.’

Boeddhistisch geestelijk verzorger
Tijdens zijn masteropleiding schreef Paul zijn scriptie over ‘de identiteit’ van boeddhistisch geestelijke verzorgers. Paul interviewde zes boeddhistisch geestelijk verzorgers die werkzaam waren bij justitie. Hij onderzocht wat ‘de identiteit’ was van deze groep en probeerde te ontdekken hoe zij zichzelf verwoorden, of er overeenkomsten waren en of je daar eventueel een identiteit uit kon destilleren. Hij onderzocht de achtergrond en levensloop van de geestelijke verzorgers en gebruikte narratieve analyses. Paul merkte dat geestelijke verzorging vanuit een boeddhistisch kader hem erg aansprak en besloot na zijn studie zelf de ambtsopleiding te doen aan de VU in Amsterdam. De afwisseling tussen zijn baan als algemeen geestelijk verzorger en boeddhistisch geestelijk bezorger vindt Paul prettig. Als algemeen geestelijk verzorger staat de zending niet voorop, maar stem je af op het levensbeschouwelijk kader van de cliënt met wie je werkt. Dit is niet altijd gemakkelijk, maar wel een uitdaging. Toch vindt hij het ook prettig om vanuit zijn eigen levensbeschouwing te kunnen spreken met cliënten. Er zijn niet veel boeddhistische geestelijk verzorgers. Paul heeft cliënten daarom iets unieks te bieden.

Een wetenschappelijke discipline
Paul is zeer te spreken over de insteek van de Radboud Universiteit. Hij vindt het goed dat het accent van de opleiding Geestelijke Verzorging niet alleen ligt op de zorg zelf, maar ook op de professionalisering van het vak en de religiewetenschappelijke blik. Vroeger kon men alleen via de bachelor Theologie of Religiewetenschappen op de opleiding komen, tegenwoordig ook met alleen een pre-master. Het is daarom extra belangrijk dat studenten meekrijgen dat het vak niet alleen uit gesprekken voeren bestaat, maar ook echt een wetenschappelijke discipline is. Je moet kunnen uitleggen waarom jouw vak niet door een vrijwilliger uitgevoerd kan worden. Dit is iets wat veel aandacht krijgt binnen de studie.