Met veel plezier werk ik aan de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen van de Radboud universiteit. We zijn een ‘denkfaculteit’. Terwijl collega’s van andere faculteiten trachten om problemen op te lossen, proberen wij ze juist te vinden. Ik onderzoek zingeving. Voor preventie een belangrijk begrip omdat het je op een ander been zet. Preventie is gericht op vermijden, voorkomen, verhinderen. Lovenswaardig, maar motivationeel geen handig uitgangspunt.
Het komt op zodra je je met ziekte, gebrek en handicaps wordt geconfronteerd en de default reactie is dan non-acceptatie, en hoe vroeger je daarbij bent hoe beter. En van de weeromstuit starten we gezondheidsprojecten. Echter, het gevecht met lijden wordt wel vaak geadverteerd maar veelal niet gewonnen. Preventie is dan ook een term die niet per se gemoedsrust oproept. De prikkel is juist een type activisme dat snel met schrikbeelden verbonden raakt. Mogelijk is er dus veel gewonnen om ook de ‘passieve kant’ van preventie in beeld te brengen. Hoe lijden we goed?
Onze studenten zijn een ‘case in point’. Ze lijden aan stress, burnout, eenzaamheid, depressie en suïcidaliteit zo blijkt uit onderzoek. Tijdens de corona pandemie hebben we met een team kenmerken daarvan in surveys onder studenten van onze universiteit onderzocht in relatie tot zingeving. In kwalitatief vervolgoderzoek stootten we ook op invullingen daarvan. Wandelen in de natuur, gaan tekenen, mediteren, praten met je ouders blijken onverwachte mogelijkheden om zin te beleven aan een situatie die je allerminst gelukkig kunt noemen.
We leren onze studenten geestelijke verzorging die we opleiden op dit punt zorg te bieden. Start maar met een simpele vraag: ‘wat houdt je bezig?’. Toon respect voor leed en pogingen om het te dragen. Wees aanwezig. Zingeving - de oriëntatie op waarden, overtuigingen en levensdoelen - is misschien een onvermoede kant van preventie, maar een die we graag onderzoeken.