Waarom heb je gekozen om het masterprofiel Erfgoedbeleid te volgen?
Na een redelijk actief (uitloop)jaar van mijn bachelor Geschiedenis was ik zoekende naar een passende vervolgopleiding. Middels een minoropdracht over immaterieel erfgoed, en met een voorliefde voor de archeologische wetenschap, was erfgoed voor mij niet los te koppelen van historisch onderzoek. Dát wat we willen behouden uit het verleden, bepaalt wat we willen analyseren, en andersom. De praktische insteek van het masterprofiel combineerde de twee wensen die ik had: een theoretische focus gecombineerd met praktisch inzicht in het werkveld en erfgoedmanagement.
Hoe past het masterprofiel bij jouw masterspecialisatie?
Erfgoedvraagstukken speelden altijd een rol in relatie tot het antieke verleden. Dit komt mede door een voortdurende obsessie met, en interesse in, de ‘klassieke’ cultuur. Archeologische opgravingen draaiden tot ver in de twintigste eeuw om het onttrekken van objecten en structuren, van esthetische en monumentale waarde, uit hun context. Dit kwam mede door een gebrek aan waterdichte, internationale regelgeving en juridische kaders omtrent het opgraven, vastleggen en borgen van deze sites. Hierom is veel archeologisch erfgoed verspreidt geraakt over de hele wereld. Ethische discussies over eigenaarschap spelen dan op: als iedereen zich vereenzelvigd voelt met het Grieks-Romeinse verleden, tot wie behoort dit erfgoed dan?
De eerste erfgoedverdragen op Europees niveau waren bedoeld om onder andere historische plekken zoals archeologische sites beter te conserveren en in situ te beschermen. Sindsdien is deze overtuiging en omgang met archeologisch erfgoed enorm veranderd. Zo focust de wetgeving zich meer op het transparant maken van het (illegale) verkeer van cultuurgoederen, het beschermen van erfgoedsites tegen klimaatverandering, en wil middels participatieve archeologie lokale gemeenschappen verbinden met omringd erfgoed. Deze laatstgenoemde ontwikkeling is niet uniek voor archeologisch erfgoed: het Verdrag van Faro uit 2005 stimuleert ook erfgoedparticipatie in de breedste zin.
Door juist een focus op beleidsvraagstukken en niet eenzijdig theorie, kom je in aanraking met de complexe wetgeving die de omgang en management met erfgoed in Europa, en Nederland, bepaalt. Deze kwesties beïnvloeden ook de erfgoedervaring. Dit laatste is uiterst karakteriserend voor het begrijpen van het beleidsveld: conserveren en voortleven van (im)materieel erfgoed staat en valt met een breed, maatschappelijk draagvlak.
Wat spreekt je aan in dit profiel? En wat vind je het meest uitdagend?
Juist de brede insteek van het profiel zorgt ervoor dat je, buiten je eigen interessegebied en comfortzone, leert kijken naar de wisselwerking tussen geschiedenis, erfgoed en cultuur. Daarnaast is erfgoed niet alleen historisch relevant, maar raakt het ook hedendaagse thema’s als migratie, duurzaamheid en diversiteit. Doordat erfgoedbeleid ook reageert op actuele ontwikkelingen, wordt de relevantie van erfgoed voor de bredere (Nederlandse) maatschappij continue herbevestigd. Hierdoor verschilt ook de aanpak en het erfgoedmanagement per casus. Je leert dus telkens iets nieuws.
Wat wil je na je masteropleiding gaan doen?
Dit masterprofiel heeft mij enthousiast gemaakt voor de diversiteit van de (Nederlandse) erfgoedwereld. Ik zou graag in de cultuur-, of een geaffilieerde, sector verder willen. Het liefst zou ik nog iets meer erfgoed gerelateerde cursussen volgen. Dit masterprofiel als accent heeft me wel de kennis en tools gegeven om deze stap te zetten.
Wat is volgens jou de toegevoegde waarde van dit masterprofiel?
‘Erfgoedstudies ‘als wetenschappelijk vakgebied kwam tot stand vanwege de noodzaak voor een kritische visie op het groeiende, gecompliceerde erfgoedveld. Praktijk en theorie zijn hierdoor onlosmakelijk verbonden: je kan zelfs durven te stellen dat gevestigde erfgoedtheorieën juíst grotendeels door Europese beleidsverdragen beïnvloed zijn geweest. Waarbij academici vaak de voorlopers zijn in maatschappelijke discussies, lijkt het in dit geval andersom te zijn gegaan. Door te vertrekken vanuit een praktisch oogpunt, en in dialoog te gaan met erfgoedorganisaties, -professionals en -academici, pluk je de vruchten van beide velden mee. Dit is, mijns inziens, uniek aan het masterprofiel Erfgoedbeleid aan de Radboud Universiteit.