Nadat je leerdoelen en je verwachtingen over het kennen en kunnen van studenten aan het einde van de cursus hebt geformuleerd, kun je aan de slag met de vraag hoe je de leerdoelen gaat toetsen. Je bepaalt de toetsvormen en bekijkt welke leeractiviteiten geschikt zijn om de leerdoelen te bereiken.
Om het basisontwerp van de toetsing in een cursus vast te stellen, kun je enkele hulpvragen stellen:
- Wat is de functie van de toetsing (formatief versus summatief) in deze cursus?
- Wat ga ik toetsen (inhoud en niveau)?
- Wie ga ik toetsen (groep of individu)?
- Wanneer ga ik toetsen (frequentie en moment)?
- Wie neemt de toets af? (docent, student zelf of medestudent)
- Hoe ga ik toetsen (toetsvorm)?
- Hoe organiseer ik de stappen in het toetsproces (organisatie)?
Na het algemene toetsontwerp van een gehele cursus maak je een ontwerp per toetsvorm binnen de cursus. In dit toetsontwerp is naast de toets zelf ook aandacht voor planning, constructie van vragen, het samenstellen van de toets, de beoordeling, het nakijkproces en het voorkomen van meetfouten.
Snel naar:
- Functies van een toets
- Inhoud en niveau van een toets bepalen
- Toetsvormen
- Kiezen voor digitale afname van een toets
Functies van een toets
Een toets kan verschillende doelen en functie dienen:
- Als selectiemiddel ten behoeve van toelating. (summatief)
- Als kwalificatie ten behoeve van niveaubepaling. (summatief)
- Als leermiddel ten behoeve van sturing van het leerproces. (formatief)
- Als voortgangscontrole ten behoeve van bijsturing van het leerproces. (formatief)
- Als instrument om (tussentijds) je onderwijs aan te passen. (evaluatie)
Summatieve functie
Bij een toets met een summatieve functie wordt een besluit genomen. Een student kan zich voor een opleiding of cursus plaatsen of een cursus/opleiding succesvol afronden. De beoordeling van een summatieve toets is in de vorm van een cijfer of een ander oordeel, zoals: onvoldoende/voldoende/goed/uitstekend of voldaan/niet voldaan. In het geval van een voldoende of voldaan krijgt de student studiepunten toegekend of een diploma uitgereikt. Deze beoordeling heeft dus een bepaalde consequentie.
Formatieve functie
Een toets met een formatieve functie geeft de student alleen feedback op zijn/haar voortgang en geeft aan wat de student nog moet doen om het einddoel te bereiken. Op deze manier kun je als docent (bij)sturen en kunnen studenten hun leerproces bijsturen. Elke toets met een summatieve functie heeft in wezen ook een formatieve functie. Je wilt de student immers van informatie voorzien over zijn/haar ontwikkeling na afname van een toets.
Evaluatiefunctie
Een toets met een evaluatiefunctie geeft jou als docent zicht op het leerproces van studenten binnen de cursus met als doel om het onderwijs bij te sturen. Het resultaat van de beoordeling van studenten geeft de docent informatie om het onderwijs aan te passen.
Inhoud en niveau van een toets bepalen
Om te bepalen wat je gaat toetsen en op welk cognitieve of handelingsniveau, kun je de taxonomie van Bloom en/of het piramidemodel van Miller gebruiken. Deze modellen helpen je om expliciet te maken wat voor een (of welk) niveau of vaardigheid van studenten je beoogt te toetsen.