Het nieuwe collegejaar staat weer voor de deur! Dat betekent dat we de zomervakantie achter de rug hebben, en ook tijd hebben gehad om te reflecteren. Wat ging er goed het afgelopen jaar? Wat ging minder goed, en wat zou ik anders moeten doen in het nieuwe collegejaar? Deze reflectie werd voor mij op een vrij pijnlijke manier in gang gezet. Ik werd namelijk op de zondag voorafgaand van de eerste week van de zomervakantie ziek. Het bleek in het ziekenhuis een ontsteking, die lastig te behandelen was, waardoor ik uiteindelijk drie weken buitenspel heb gestaan. Op het slechtst mogelijke moment, want vrouw en kinderen stonden te popelen om met de tent naar de camping te vertrekken. Maar ik lag ziek in bed. Omdat we allemaal heel veel behoefte hadden aan vakantie was dat even een tegenvaller.
Terugkijkend op het afgelopen collegejaar is het niet zo gek dat mijn lichaam op de noodrem trapte. Het was een gekkenhuis. Mijn agenda was zo vol dat ik soms niet eens wist wat ik op de volgende vergadering ging doen. Nieuwe onderzoeksprojecten, uitvallende collega’s waardoor extra werk op het bordje kwam, een drukke tijd met visitaties, en ook nog eens privé veel ontwikkelingen die aandacht nodig hadden; het stapelde zich op, en “moest” allemaal gebeuren. Sommige van die taken waren namelijk maar tijdelijk, dus ik moest van mezelf nog even volhouden. Daar heb ik uiteindelijk de prijs voor betaald. Heel vervelend, maar soms moet je even tegen een muur aanlopen om te zien wat er anders moet.
De belangrijkste verandering is wel de verdeling van onderwijs en onderzoek. Je kunt de verhouding tussen onderzoek en onderwijs vergelijken met een twijfelaar. Zo’n bed van 120 cm waarin je net wel, net niet kunt slapen met twee personen. Als de één ruimte heeft ingenomen, betekent het dat de ander niet lekker slaapt en andersom. Zo is het ook met onderzoek en onderwijs. Ondanks de eisen die er aan allebei gesteld worden (in een functie die onderwijs en onderzoek combineert) is er maar ruimte voor één taak die lekker kan liggen in de twijfelaar. Want laten we eerlijk zijn, lepeltje lepeltje-liggen en lekker slapen, dat is maar weinig gegeven. Dit heeft me doen besluiten om de komende jaren meer aandacht te geven aan onderwijs. Hoe meer ik er over nadenk haal ik daar – op dit moment - meer voldoening uit dan uit onderzoek. Ik blijf onderzoek doen in de vorm van promovendi begeleiden, projecten coördineren en meeschrijven aan papers, maar zelf papers initiëren en leiden, daar gaat mijn interesse even niet naar uit. Onderzoek mag even naar het randje van het bed, en onderwijs mag even genieten van ruimte en warme dekens.
Ondanks de traditionele mal van de academische baan is er dus ruimte om keuzes te maken. Die keuzeruimte is voor iedereen anders, maar ze is er wel. Stem het af met je leidinggevende, met andere belanghebbenden, en kijk hoe je jouw baan zo prettig mogelijk kunt vormgeven. En die vorm staat ook niet in beton gegoten. Interesses veranderen, en soms wil je door verandering van levensfase een andere keuze maken. Mijn belangrijkste les is dat je moet blijven reflecteren, zodat je na de zomervakantie met hernieuwde energie aan het nieuwe collegejaar kunt beginnen.