Waar haal jij je onderwijslust vandaan?
‘Socrates zag zichzelf als vroedvrouw voor zijn studenten en zo zie ik mijzelf ook. Ik wil hen als een soort vroedvrouw helpen bevallen van wijsheid. Ik wil niet hen vertellen hoe het zit, maar samen een weg afleggen en langzaamaan tot inzichten komen. Daar word ik echt heel blij van. Als je bij studenten het kwartje ziet vallen, dan denk ik: ja, dit is het!’
‘Omgekeerd werkt het ook. Hoe vaak gebeurt het wel niet dat ik met studenten in gesprek ben en dan denk: oh zo kun je er natuurlijk ook naar kijken. Het is niet te tellen hoe vaak ik dankzij het lesgeven zelf op een nieuw onderzoekspad ben gekomen.’
Welk onderwijsmoment is jou altijd bijgebleven?
‘De eerste keer dat ik voor een collegezaal stond. De afsluiting van de docentenopleiding (BKO) in Antwerpen was het geven van een hoorcollege. Dat was ontzettend spannend! Het was bij een professor waar ik nogal tegen opkeek, er was iemand bij vanuit de docentenopleiding die mij ging beoordelen en ik kwam net terug uit de Verenigde Staten - waar ik was voor onderzoek - met een jetlag. Het had alles in zich om een enorme ramp te worden, maar het was juist een succes. Het lukte om met humor de studenten mee te krijgen. Toen wist ik: dit wil ik blijven doen!’
Waar haal jij je inspiratie vandaan voor jouw onderwijs?
‘Ik doe zelf onderzoek naar de sociale geschiedenis van het Nederlands kolonialisme. Dan kijk ik naar hoe mensen samenleefden in steden onder koloniaal bewind. Dat vind ik heel interessant om ook in mijn onderwijs terug te laten komen. Maar in het algemeen haal ik vooral inspiratie uit de krant. Dan besef ik me dat wat ik lees niet alleen iets is vanuit 2024, maar dan kijk ik of ik er historische lijnen of voorbeelden in zie.’
‘Ik heb bijvoorbeeld net een cursus gegeven over religie en geweld. Terwijl ik dat voorbereidde, stak een jongen in Frankrijk een docent dood vanuit religieuze overwegingen en een dag voor de start van de cursus, begon de oorlog in Gaza. Wat dat betreft is geschiedenis nooit ver weg. Het is brandend actueel.’
Wat is jouw favoriete aanpak in het onderwijs?
‘Ik gebruik graag veel wisselende werkvormen in één (werk)college, zoals voorbeelden vanuit de actualiteit en zoemsessies waarbij leerlingen in gesprek gaan over een bron. Maar soms kies ik ook voor flipping the classroom. Dan geef ik studenten de leiding. Ik denk dat variatie de gouden regel is. Dat houdt het voor mij spannend en voor studenten ook. Mijn doel is om elk college iedereen ergens in hun interesse te raken. Je hebt veel verschillende typen studenten en er is niet één onderwijssleutel die bij iedereen past.’
Welke tip heb jij voor docenten?
‘Zoek iets in de stof dat jou heel blij maakt! Als je zelf niet verliefd bent op de materie die je doceert en daar niet enthousiast over kunt vertellen, hoe kun je dan verwachten dat de student het fijn vindt om te horen?'