Haar afscheidsrede markeert het einde van een indrukwekkende wetenschappelijke carrière. Op haar 31e behaalde Lutgarde Buydens haar doctoraat Farmacologie aan de Vrije Universiteit van Brussel. Daarna specialiseerde ze zich in de chemometrie: de toepassing van statistische methoden en technieken in de scheikunde. Inmiddels is ze internationaal erkend als een autoriteit in dat vakgebied. Haar loopbaan aan de Radboud Universiteit begon in 1989. Zes jaar later werd ze benoemd tot hoogleraar Analytische Chemie en van 2016 tot 2022 was Lutgarde Buydens decaan van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica.
Nightingale onderzoek
‘Ik kijk met heel veel plezier terug op mijn decanaat’, zegt Lutgarde Buydens. ‘Ik vond het een uitdaging om ook op bestuurlijk niveau vorm te kunnen geven aan wetenschap. Mijn stokpaardje is natuurlijk Pasteuronderzoek, of zoals ik het nu liever noem: Nightingale onderzoek: onderzoek dat fundamenteel van aard is, maar uiteindelijk helpt om problemen in de samenleving op te lossen. Ik had voor ogen om meer en betere koppelingen te maken tussen ons onderzoek en de maatschappij, daar zag ik kansen.’
Toen Buydens als decaan startte, werd samenwerking met de industrie gezien als iets dat minder belangrijk was. Het werd niet gewaardeerd, zegt Buydens. ‘Maar het bestond allang aan onze faculteit, interdisciplinair pasteuronderzoek. Het enige wat we hoefden te doen was het in de etalage te zetten. Nu laten we het zien, en wordt het net zo gewaardeerd als puur fundamenteel onderzoek. Ik denk dat mensen inmiddels anders over pasteuronderzoek denken. Ik ben er trots op dat deze cultuuromslag in vrij korte tijd gelukt is en ik daar een katalysator in geweest ben. Toen we begonnen met GreenIT, vroegen allemaal onderzoekers of ze erbij mochten. Toen zag ik: het leeft! Samenwerkingen met partijen als Jansen en Alliander helpen dan ook. Ik ben heel trots op de strategische allianties die we zijn aangegaan. ‘
Vrouwen in de bèta-wetenschap
Een ander speerpunt van Buydens is het stimuleren van vrouwen in de bètawetenschappen. Dat zal een uitdaging blijven, denkt ze. ‘Er is echt veel vrouwelijk talent. Maar in de laatste fase van een sollicitatie wordt tóch vaak voor een man gekozen. Er komen altijd argumenten naar boven om voor die man te kiezen, als: ‘die staat stevig in zijn schoenen, die zie ik altijd op congressen.’ Misschien moeten we het al aan het begin van de procedure anders aanpakken. Wat als we starten met een lijst met geschikte personen. Je selecteert er drie waarvan de sollicitatiecommissie denkt: die zie ik het wel doen. En dan laat je het lot beslissen wie het wordt. Het zou een onderzoek waard zijn om eens te kijken welk percentage vrouwen we nu zouden hebben op de faculteit als we dit eerder hadden gedaan.’
Emeritaat
‘Na mijn afscheid als decaan van de faculteit heb ik nog een aantal maanden aan mijn onderzoek gewerkt. Nu ga ik met emeritaat. Dat betekent niet dat ik helemaal weg ben uit de wetenschap. Ik wil nog proberen Europese projecten binnen te halen met de afdeling chemometrie. Ik zou daar wel een rol willen pakken in het begeleiden en samenbrengen van mensen. Dat blijf ik ook doen in COAST. En daarnaast wil ik de dingen doen waar ik nu eindelijk tijd voor heb: op reis gaan, collega’s in de wereld bezoeken zonder verplichtingen, boeken lezen. Ik ben begonnen aan een boek over het leven van Erasmus. Dat is nogal een pil, maar wel interessant. Hij was ook een persoon die altijd achter potjes geld aan moest.’
‘Ik denk met veel plezier terug aan mijn afscheidsrede. Toen ik die corona vol zag zitten en al die mensen in de zaal zag, gaf dat me echt vleugels. Fijn om te zien dat zoveel collega’s zijn gekomen om je te steunen, hartverwarmend.’