Regeling flexibele werkduur

Vastgesteld en door het College van Bestuur overeengekomen met de werknemersorganisatie in het Lokaal Overleg van 13 december 2019.

Flexibele werkduur houdt in dat je werktijd afwijkt van de standaard werktijd van 38 uur per week. Lees hier meer over in deze regeling. 

Gelet op artikel 5.6 van de CAO Nederlandse Universiteiten stelt de werkgever de navolgende regeling vast.

Artikel 1 De flexibele werkduur

  1. De flexibele werkduur houdt in dat de werknemer met zijn leidinggevende jaarlijks een schriftelijke afspraak maakt die afwijkt van de standaard werktijd van 38 uur per week. De afwijking op voltijdse basis bedraagt 2 uur per week. De flexibele werkduur kent twee varianten, te weten:
    a. de plusvariant: de werknemer ontvangt op voltijdse basis 96 compensatie-uren indien hij 40 uur per week werkt;
    b. de minvariant: de werknemer levert op voltijdse basis 96 vakantie-uren in indien hij 36 uur per week werkt.
  2. De varianten van de flexibele werkduur voor deeltijders zijn in de bijlage bij deze regeling opgenomen.
  3. De extra gewerkte compensatie-uren worden geacht te zijn opgenomen in het kalenderjaar waarin ze zijn ontstaan.

Artikel 2 Recht op flexibele werkduur

Deelnemers aan de seniorenregeling, het Vitaliteitspact, student-assistenten, oproepkrachten en andere werknemers die op declaratiebasis werken zijn van deelname aan de flexibele werkduur uitgesloten. Alle overige werknemers in de zin van de CAO kunnen deelnemen met inachtneming van het bepaalde in de volgende artikelen.

Artikel 3 Voorwaarden voor deelnameplusvariant

Het recht op de plusvariant van de flexibele werkduur kan slechts geldend worden gemaakt, indien:

a. per 31 december van het voorafgaande kalenderjaar op voltijdse basis geen sprake is van een vakantietegoed van meer dan 80 uren. Hierbij tellen de vakantie-uren die de werknemer spaart voor een langdurige aaneengesloten verlofperiode niet mee. Over deze verlofperiode moet de werknemer dan wel een schriftelijke afspraak met zijn leidinggevende hebben gemaakt;

b. de werknemer schriftelijke afspraken met zijn leidinggevende maakt over de invulling van de flexibele werkduur voor het komende kalenderjaar. Indien de werknemer deze afspraken niet maakt, wordt de werkweek ingevuld door vijf dagen van 8 uur te werken. Er kunnen geen werkdagen van 9 uur worden afgesproken, tenzij de werknemer daarover een schriftelijke afspraak met zijn leidinggevende maakt en het arbeidspatroon mede in het dienstbelang is. Een werkdag bedraagt in beginsel maximaal 8 uur.

Artikel 4 Voorwaarden voor deelnameminvariant

Het recht op de minvariant van de flexibele werkduur kan slechts geldend worden gemaakt, indien:

a. er geen problemen in de bedrijfsvoering ontstaan, waaronder bezettingsproblemen, problemen van roostertechnische aard of problemen op het gebied van de veiligheid;

b. de werknemer schriftelijke afspraken met zijn leidinggevende maakt over de invulling van de flexibele werkduur voor het komende kalenderjaar. Indien de werknemer deze afspraken niet maakt, wordt de werkweek ingevuld door vier dagen van 8 uur en één dag van 4 uur te werken. Er kan geen werkweek van 4 dagen van 9 uur worden afgesproken, tenzij de werknemer tenzij de werknemer daarover een schriftelijke afspraak met zijn leidinggevende maakt en het arbeidspatroon mede in het dienstbelang is. Een werkdag bedraagt in beginsel maximaal 8 uur.

Artikel 5 Verzoek, aanvraagprocedure en beslissing

  1. De werknemer treedt over zijn te maken keuze in overleg met zijn direct leidinggevende.
  2. De tussen de werknemer en zijn direct leidinggevende gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd op het daartoe bestemde formulier, waarvan afschrift wordt verzonden naar de betreffende personeelsdienst.
  3. De leidinggevende draagt er zorg voor dat de in het komende kalenderjaar meer of minder te werken uren aan het begin van dat jaar volgens de bijlage bij deze regeling worden verwerkt in het verlofsysteem.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 31 december 2019.