Volgens de protestanten is de beeldrijke rooms-katholieke kerk een vorm van afgoderij. De protestanten uit de zestiende eeuw noemden de katholieken schamper ‘beeldkussers’. Zij beriepen zich daarvoor op het zogenaamde Tweede gebod. Uit onderzoek van predikant Alfred C. Bronswijk (80) blijkt echter dat een zelfstandig beeldverbod niet in de bijbel terug te vinden is. Ook is de voorliefde van katholieken voor beelden volgens Bronswijk een overdrijving. Bronswijk promoveert op 21 september aan de Radboud Universiteit.
Beeldloosheid – het zogenaamde aniconisme – is typisch protestants. Dit in tegenstelling tot de beeldrijke rooms-katholieke en oosters-orthodoxe tradities. Volgens Luther, Zwingli en Calvijn was het afbeelden van Christus en andere Bijbelse personages, zoals de katholieken deden, afgoderij.
Ze beriepen zich daar op de bijbel, specifiek Exodus 20, waarin wordt geboden ‘u zult geen vreemde goden aanbidden’. Dit deel van het Bijbelboek zou volgens hen dus alle religieuze beelden verbieden. Ook verwezen de hervormers naar het vroegste christendom. Dat zou even beeldloos zijn als het jodendom.
Het altaarretabel met Anna te Drieën in de Domkerk te Utrecht, geschonden tijdens de Beeldenstorm in 1580.
Beeldverbod van jonger datum
Volgens Bronswijk klopt deze interpretatie niet. Het beeldverbod speelt bijvoorbeeld geen rol bij Jezus of de apostelen. Bronswijk: ‘Het beeldverbod is ook van jonger datum dan het Bijbelverhaal suggereert. Niet de Exodustijd, maar de eeuwen latere ballingschapsperiode is de bakermat. Israël kende wel degelijk religieuze beelden. Vermoedelijk ook binnen de dienst aan Jahweh. Ook de vroege kerk was niet principieel tegen beelden, de latere joden evenmin. Wel waren ze tegen verering.’
Dat de joden en oudste christenen niet vijandig waren ten opzichte van religieuze beelden blijkt volgens Bronswijk onder andere uit de sensationele opgraving van Dura-Europos in Syrië. ‘Hier is een volledig beschilderde synagoge teruggevonden, zelfs met naakte vrouwen.’ Een ander voorbeeld is de vroege afbeelding van Christus in een christelijk huiskerkje in dezelfde stad. ‘De Bijbel is niet principieel iconoclastisch en het Bijbelse beeldverbod heeft geen absolute geldigheid.’
Oecumenische gesprek
Historische aannames door katholieken en protestanten over het beeldverbod moeten herzien worden als het aan Bronswijk ligt. Hij vraagt om een theologische heroriëntatie. ‘Er moet een oecumenisch gesprek tussen katholieke en protestanten tot stand komen over dit thema.’
‘Daarnaast zou er volgens mij een instituut voor religieuze kunst moeten komen waar katholieken en protestanten kunst gezamenlijk bestuderen. Protestanten zijn te weinig geïnteresseerd in kunstgeschiedenis. Wat zij kunnen leren van de katholieke traditie is interesse en onderzoek naar het beeld en het beeld ook als een theologische bron gebruiken.’
Alfred C. Bronswijk is theoloog en schrijver. Hij was jarenlang predikant van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in Zwolle, daarnaast is hij al decennia geïnteresseerd in iconografie.
Meer weten? Neem contact op met
- Alfred C. Bronswijk, demugboeken [at] gmail.com
- Persvoorlichting en wetenschapscommunicatie Radboud Universiteit, media [at] ru.nl, 024 361 6000