Wat is je motivatie?
Toch zijn er wel degelijk factoren die bepaalde personen geschikter maken om iets te leren. ‘Sommige mensen beschikken over een scherp oor, waarmee ze klanken makkelijker van elkaar kunnen onderscheiden. Anderen hebben een goed geheugen waardoor ze makkelijker woordjes kunnen onthouden. Dit kan ook helpen bij het leren van een nieuwe taal.’ Verder geldt dat hoe meer talen iemand geleerd heeft in diens leven, hoe beter diegene vervolgens in staat is nog meer nieuwe talen te leren. ‘Dan snap je taal als systeem beter en kun je kenmerken uit een nieuwe taal herkennen in talen die je eerder leerde.’
Hoewel dergelijke factoren helpen om een nieuwe taal onder de knie te krijgen, is er één veel belangrijkere factor: motivatie. ‘Waarom wil je een taal leren? Vind je een taal mooi klinken, denk je er iets mee te kunnen bereiken of is het leren noodzakelijk om je verstaanbaar te kunnen maken op de plek waar je woont?’
Snel oppikken
Die laatste motivatie hangt nauw samen met een derde factor: omgeving. ‘Als je overal om je heen een bepaalde taal hoort, pik je het een stuk sneller op. Het maakt dat jonge kinderen, maar ook mensen die naar Nederland zijn gevlucht, de taal heel snel leren. Ze horen de taal continu om zich heen én ze zijn gemotiveerd om de taal te leren en zich verstaanbaar te kunnen maken.’
Onder een geschikte leeromgeving vallen ook minder voor de hand liggende dingen, zoals hoe er in jouw land wordt aangekeken tegen bepaalde talen. ‘Stel je woont in Nederland en gaat Spaans, Frans of Italiaans leren. Mensen zullen je vermoedelijk aanmoedigen en er zijn genoeg plekken om samen met anderen te leren. Dat komt omdat deze talen van oudsher een bepaald prestige hebben in Nederland. Dat geldt een stuk minder wanneer je bijvoorbeeld Swahili gaat leren. Dan zijn mensen eerder nieuwsgierig en vragen ze je waarom je die taal wil leren. Als taalwetenschapper vind ik alle talen gelijkwaardig en moedig ik het net zozeer aan wanneer iemand Swahili gaat leren als Spaans. ’
Leren op latere leeftijd?
We nemen vaak aan dat het leren van talen moeilijker wordt naarmate je ouder wordt, maar daar valt wat op af te dingen, stelt Knopp. ‘Het klopt dat kinderen talen snel oppikken en we weten ook dat basisschoolleerlingen doorgaans gemotiveerd zijn om nieuwe talen te leren. Daarentegen hebben zij nog niet de ervaring van het leren van meerdere talen die oudere mensen wél hebben.’
Ook kunnen oudere mensen minder schroom hebben om een taal te gaan spreken. ‘Op middelbare scholen lopen ze er tegenaan dat veel leerlingen, vooral in de pubertijd, onzeker zijn bij het spreken van een nieuwe taal.’ Voor volwassenen die graag een taal willen leren kan die drempel lager zijn, omdat ze doorhebben dat het spreken hen helpt de taal beter te leren, ook al maken ze aanvankelijk fouten. ‘Natuurlijk heeft dat niet uitsluitend met je leeftijd te maken. Extraverte personen die gemakkelijk mensen aanspreken, kunnen hierbij ook een voordeeltje hebben ten opzichte van meer introverte mensen.’
Terug naar die talenknobbel. Hoe kon Knopp zonder talenknobbel al die talen leren? ‘Mijn eerste cijfers voor Engels waren nog onvoldoendes, maar door mijn motivatie en interesse in talen en de culturen die erachter zitten lukte het me toch om meerdere talen te leren.’ Knopps persoonlijke geschiedenis met talen illustreert wat ze door haar onderzoek ook weet: ‘Een talenknobbel heb je niet, die kweek je.’
Wil je ook een nieuwe taal leren?
Radboud in'to Languages heeft een uitgebreid aanbod van taaltrainingen.
Aanbod bekijken
Foto: Baruk Granda via Unsplash