Twee mensen bekijken een testament
Twee mensen bekijken een testament

Dilemma voor notarissen: hoe weet je zeker wat iemands ‘laatste wil’ is?

Het lijkt zo vanzelfsprekend: bij leven ga je naar een notaris om je wil voor na je overlijden te laten vastleggen in een testament. Toch hangt zo’n ‘laatste wil’-bepaling steeds vaker samen met tal van complexe factoren. ‘Het is belangrijk dat na overlijden een testament écht namens jou spreekt, want je kunt dan geen aanvullende tekst en uitleg meer geven.’

Tijden veranderen, ook binnen het notarieel recht. ‘Een testament uit pakweg 1980 is nauwelijks meer te vergelijken met een testament van nu’, vertelt Lucienne van der Geld, directeur van Netwerk Notarissen en docent Notarieel Recht aan de Radboud Universiteit. ‘Ruim veertig jaar geleden bleven koppels in het algemeen bij elkaar, waren er minder samengestelde gezinnen en werd er meer waarde gehecht aan familiebanden. Grote veranderingen werden direct bij een notaris gemeld en verwerkt in het testament. Tegenwoordig gebeurt dat minder, terwijl de persoonlijke situaties van mensen alsmaar ingewikkelder worden. Het komt dan ook steeds vaker voor dat nabestaanden een testament juridisch aanvechten, omdat daarin volgens hen de wil van de overledene achterhaald is. Vandaar dat het bij het opstellen van een testament alsmaar belangrijker wordt om de wil van de betreffende persoon zo duidelijk en nauwkeurig mogelijk vast te leggen.’

Discussies voorkomen

Bij dat vastleggen en beoordelen van iemands laatste wil, ervaren notarissen volgens Van der Geld regelmatig dilemma’s. Want er kunnen zich complexe factoren voordoen. ‘Allereerst draait het achteraf steeds vaker om de vraag: was de overledene wilsbekwaam toen het testament werd opgesteld? Oftewel: was deze persoon in staat om een beslissing te nemen en de gevolgen ervan te overzien? Die vraag wordt alsmaar relevanter: mensen worden steeds ouder, waarbij ook de kans op ziektes en mentale gebreken toeneemt. Daarnaast doet zich regelmatig het dilemma voor of het daadwerkelijk om de wil van de persoon in kwestie gaat, of dat deze sterk beïnvloed wordt door iemand anders, zoals een nieuwe liefdespartner. Verder is het, achteraf, bij een veranderde situatie veelal de vraag wat de overleden persoon gewild zou hebben.’

Volgens Van der Geld kan na overlijden ook discussie ontstaan omdat de inhoud van een testament onvoldoende duidelijk is. ‘Dat zie je vooral bij testamenten die lang geleden zijn opgesteld. Deze kunnen zinnen bevatten die de vraag oproepen wat de overledene daar precies mee bedoelde. Tegenwoordig proberen notarissen al vooraf om bij het opstellen van testamenten dergelijke discussies te voorkomen. Dat doen ze door de wil van jou als persoon in kwestie zo nauwkeurig mogelijk vast te leggen. Het is belangrijk dat een testament na overlijden écht namens jou spreekt, want je kunt dan geen aanvullende tekst en uitleg meer geven.’

Voor Van der Geld is dat ook de reden waarom ze onderzoek doet: om meer inzichten bij een ‘laatste wil’-bepaling te krijgen. Doel van haar onderzoek is notarissen te helpen om vooraf betere testamenten op te stellen. En rechters te helpen om achteraf testamenten beter te kunnen beoordelen. Van der Geld: ‘Daarbij is het belangrijk om meer inzicht in besluitvormingsprocessen te krijgen. Hoe komt iemand tot de afweging om de een wel een erfenis na te laten en de ander niet? Hoe werkt het brein daarbij? En beslist iemand dat zelf of wordt deze beïnvloed door iemand anders? Die inzichten zijn voor een notaris belangrijk. Dit om onder meer mensen met een niet-aangeboren hersenaandoening of een andere ziekte of beperking beter te kunnen begeleiden om zelf keuzes te maken.’

Notaris aan zet

Van der Geld benadrukt dat de beslissing of iemand wel of niet wilsbekwaam voor een testament is, juridisch in handen ligt van een notaris. Dus niet in handen van een arts. Maar hoe bepaal je dit als notaris precies? ‘Dat kan met behulp van verschillende gesprekstechnieken’, legt Van der Geld uit. ‘Belangrijk is om met de persoon in kwestie meerdere gesprekken te voeren en daarin bepaalde onderdelen herhaaldelijk aan de orde te brengen. Blijkt de persoon telkens andere antwoorden te geven en dus niet consistent? Dan kun je een arts of psycholoog raadplegen voor advies. Maar als notaris neem je uiteindelijk de beslissing.’

En hoe beoordeel je als notaris of iemand onder invloed van een ander staat? Van der Geld: ‘Op basis van mijn onderzoek is er onlangs in het Tijdschrift Erfrecht een eerste deel van een vragenset gepubliceerd, die notarissen tijdens gesprekken kunnen hanteren. Daarmee kunnen zij achterhalen of er sprake van beïnvloeding is.’ Van der Geld erkent dat zij zich met haar onderzoek op het snijvlak bevindt tussen notarieel recht en psychologie. Regelmatig raadpleegt ze dan ook breindeskundigen om meer inzicht in besluitvormingsprocessen te krijgen. Ooit overwoog ze om Psychologie te studeren, maar de keuze viel uiteindelijk dus op Notarieel Recht. ‘Het voordeel van Notarieel Recht is dat je daarmee een ander kunt helpen. Dat is in de psychologie niet altijd het geval. Het recht biedt daarentegen een houvast, een soort anker. Dat spreekt me enorm aan.’

Wil je meer weten over het testament en het onderzoek van Lucienne van der Geld? Beluister of bekijk dan de nieuwe aflevering van de podcast Radboud Science Snacks.

Foto: Gabrielle Henderson via Unsplash

Contactinformatie

Organisatieonderdeel
Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Thema
Recht