Een lange stroom mensen die door een woestenij trekken, overvolle vluchtelingenkampen vol tenten, te zwaarbeladen rubberbootjes in de Middelandse Zee. ‘We zien steeds diezelfde beelden in Europese media. Op internet, op het nieuws, in documentaires. Zelfs in reclames om vluchtelingenwerk te steunen’, zegt cultuurwetenschapper Jeroen Boom.
Naar hoe vluchtelingen in de media in beeld worden gebracht en hoe ze geframed worden, is al veel onderzoek gedaan. ‘Het zijn vaak massa’s, meestal gefilmd door drones van bovenaf, zodat de kijker letterlijk op ze neerkijkt. De aanwezigheid van beveiliging is ook belangrijk. Mannen die met wapens langs de hekken van een kamp patrouilleren. Hulpverleners met mondkapjes op tegen ziekten. Als vluchteling ben je of een slachtoffer, of een bedreiging’, zegt Boom. Die terugkerende beelden creëren een ongelijkwaardige relatie tussen ‘ons,’ kijkers, en ‘hen,’ de vluchtelingen, en spelen populistisch gedachtengoed in de kaart, denkt de onderzoeker.
Experimentele documentaires
Boom vroeg zich af of er überhaupt een alternatief zou kunnen zijn – een andere manier om de kijker aan te spreken – en verdiepte zich daarvoor in een aantal recent verschenen essay films, waarin de makers documentaire en experimentele elementen mengen met als doel de kijker onderdeel te maken van de ervaring van migratie. Een voorbeeld is Purple Sea, een film van de Syrische filmmaker Amel Alzakout die in een bootje de Middellandse zee over vluchtte en in de buurt van Lesbos kapseisde. De film bestaat uit het rauwe materiaal van haar GoPro camera die tijdens dit tragische moment aan haar arm zat gebonden. ‘Als kijker raak je gedesoriënteerd en ervaar je het geweld van de zee, en dus ook het geweld dat deze vluchtelingen wordt aangedaan omdat ze gedwongen worden die zee over te steken.’
Naast het overbrengen van dit soort ervaringen, hebben deze essay films nog een andere functie. ‘De films die ik heb onderzocht proberen ‘de vluchteling’ niet te vangen in één beeld, maar verstoren juist dit proces’, zegt Boom. ´Ze bevragen de politieke rol van beeldvorming en representatie door vluchtelingen bijvoorbeeld alleen onscherp in beeld te brengen, zoals in Philip Scheffners film Havarie. Dit soort films maken ons als kijkers daarmee bewust van onze eigen blik die constant zoekt naar bepaalde visuele kenmerken om vooroordelen bevestigd te krijgen’.
Startpunt
Zulke experimentele documentaires zul je niet snel op televisie of in de bioscoop zien. Ze worden vaak eenmalig vertoond, bijvoorbeeld op een filmfestival of in een expositie, en bereiken niet een heel breed publiek. ‘Het zijn intense beelden. Zo'n film is geen leuk, ontspannen avondje uit’, erkent Boom. Hij wil ook niet stellen dat essay films de oplossing zijn. ‘Maar dit soort alternatieve beelden kunnen een educatieve rol vervullen, door de discussie op gang te brengen over de politiek van representatie’, zegt Boom. ‘Dat is echt hard nodig, ook gezien het opkomende populisme. We hebben beelden nodig die ons meer vertellen over de complexiteit en ambiguïteit van migratie, in plaats van vluchtelingen alleen als afhankelijk of bedreigend te presenteren.’