Etniciteit als veranderbaar begrip verandert kijk op samenleving

Etniciteit speelt vaak een prominente rol in debatten op elk niveau van de Nederlandse samenleving. Maar wat is etniciteit eigenlijk, en staat het wel zo vast als we denken? Miljoenen mensen wereldwijd meten zich gedurende hun leven een andere etniciteit aan, zo blijkt uit onderzoek van Robbert Rademakers en André van Hoorn dat nu in het Journal of Development Economics verschijnt. ‘Etniciteit is geen vaststaand, biologisch feit, maar een concept dat door iedereen anders ingevuld wordt’. 

Uit het onderzoek blijkt etniciteit lang niet zo onwrikbaar als lang gedacht werd. Rademakers en Van Hoorn gebruikten voor hun onderzoek datasets van miljoenen inwoners van Indonesië, India en de VS. Deze mensen werd op meerdere momenten van hun leven naar hun etniciteit gevraagd. 7% van de Indonesiërs uit de dataset zelfrapporteerde verschillende etniciteiten gedurende de meetperiode, in de VS lag het percentage iets lager.

Debat

Dat is significant omdat de etnische achtergrond niet alleen vaak gebruikt wordt in wetenschappelijke onderzoeken, maar ook in het maatschappelijke debat om trends in de samenleving te duiden. ‘Overheidsinstanties verzamelen bijvoorbeeld data over inkomens, onderwijs en gezondheid en vragen deelnemers aan die enquêtes ook zelf hun etniciteit te rapporteren. Maar als mensen in de loop van hun leven zichzelf opeens identificeren met een andere etniciteit, heeft dat gevolgen voor hoe we die data moeten interpreteren,’ legt Rademakers uit.

Etniciteit wordt in de verschillende landen op verschillende wijze ingevuld door mensen. Rademakers: ‘Het is een gevoel van gezamenlijke ancestry, een gemeenschappelijk verleden. Hoe zich die etniciteit uit, verschilt per land. In Amerika draait etniciteit vooral om huidskleur, in andere landen kan het gaan om taal, nationaliteit, regio van geboorte, religie, enzovoort.’

Interetnische huwelijken

In de publicatie worden verschillende factoren genoemd voor een wisseling: zo nemen mensen na een huwelijk de etniciteit van hun partner over, of als ze verhuizen naar een andere regio. Rademakers: ‘Denk bijvoorbeeld aan een tweede of derde generatie Chinese-Amerikaanse vrouw die trouwt met een witte partner. Zo iemand staat misschien steeds verder af van de identiteit die ze ontleenden aan hun originele etniciteit, en identificeert zich op een gegeven moment mogelijk dus als wit. Dat heeft dan weer gevolgen voor cijfers over interetnische huwelijken. In de Verenigde Staten zijn officieel slechts 5 procent van alle huwelijken interetnisch, maar als je naar deze werkelijke cijfers kijkt ligt het percentage eerder op zo’n 10 procent.’ 

Hoewel de onderzoekers geen beschikking hadden over Nederlandse datasets, verwachten ze dat er ook hier andere aannames over etniciteit gemaakt moeten worden. André van Hoorn: ‘We noemen iemand waarvan de grootouders of overgrootouders uit Turkije komen nog steeds een Turkse Nederlander, maar dat zegt niets over in hoeverre iemand geïntegreerd is. Het is belangrijk dat we het informatiegehalte van data over etniciteit ter discussie blijven stellen: het kán bijvoorbeeld wel discriminatie op de arbeidsmarkt inzichtelijk maken, maar we moeten het niet te rigide hanteren. Als we niet beseffen dat etnische identiteit fluide is, zorgt dat voor een grote blinde vlek in hoe we onze samenleving begrijpen.’

Meer informatie? Neem contact op met:

  • Robbert Rademakers, robbert.rademakers [at] ru.nl (robbert[dot]rademakers[at]ru[dot]nl)
  • Persvoorlichting en wetenschapscommunicatie Radboud Universiteit, media [at] ru.nl, 024 361 6000