Voor haar onderzoek gebruikte Dado plaatjes die door AI gemaakt waren. ‘Daardoor wisten we precies de AI-code van zo’n plaatje. Die hebben we vervolgens gekoppeld aan hersenactiviteit.’ Proefpersonen kregen in een MRI-scanner een plaatje te zien van gezichten. Dado keek naar wat er precies in de hersenen gebeurde bij het zien van die plaatjes. Door te zien welke ‘neurale code’ de AI-code opriep en die aan elkaar te koppelen en de decoder te trainen, wist de neurowetenschapper wat er bij welke AI-code in het brein gebeurde. ‘Daardoor konden we vervolgens met enkel de breincode heel aardig reconstrueren naar wat voor plaatje iemand zat te kijken.’
Plaatje van je moeder
Dat werkte verbazingwekkend goed. ‘De afgelopen jaren, tijdens mijn promotietraject, is AI zo veel beter geworden. In de laatste vijf jaar zijn de gereconstrueerde plaatjes er enorm op vooruitgegaan.’ Door het brein uit te lezen, kan Dado nu op basis van hersengolven behoorlijk goed reconstrueren naar wat voor plaatje iemand kijkt. ‘Theoretisch gezien hebben we nu de AI-codes niet meer nodig om te reconstrueren naar wat voor plaatje iemand aan het kijken is. Als ik nu in de scanner stap en naar een plaatje van mijn moeder kijk – een plaatje dat de decoder niet kent en dus ook niet de AI-code – weet ik vrij zeker dat het plaatje dat gereconstrueerd wordt op basis van mijn hersengolven behoorlijk dicht in de buurt komt.’