Methaan is grotendeels afkomstig van natuurlijke systemen, en komt voor 49 procent uit zoetwatersystemen. De wereldwijde emissie van methaan neemt daarnaast alleen maar verder toe door opwarming en door eutrofiëring (een overvloed aan voedingsstoffen in het water). Onderzoekers van de Radboud Universiteit zochten uit of de methaanemissie teruggedrongen kon worden door deze eutrofiëring te verminderen.
Uitstoot fors beperkt
Voor het onderzoek werd een opstelling van zestien testvijvers gebruikt: bij een deel van de vijvers werd de bodem gebaggerd, bij een deel werd Phoslock ingezet en bij de laatste groep werd een combinatie van beide technieken gebruikt. ‘Door de bodem te baggeren werd de uitstoot van methaan met zo’n 52% verminderd,’ aldus auteur en aquatisch ecoloog Tom Nijman. ‘In de vijvers waar we Phoslock gebruikten, was de uitstoot zelfs 74% minder.’
Beide methodes blijken dus voor een dramatische beperking van de uitstoot te zorgen. Nijman: ‘Phoslock zorgt voor minder fosfaat in het water, wat het aantal drijvende planten vermindert. Invasieve planten zoals Azolla (ook wel bekend als kroosvaren) groeien met phoslock minder snel, waardoor er ook minder methaan geproduceerd wordt in de bodem. En door te baggeren neem je de organische stof die in de bodem zit weg, de koolstof die zorgt voor methaan. Uit ons onderzoek blijkt dat beide methodes de eutrofiering in een meer verminderen, en dat daarmee dus ook de emissie vermindert.’
Voorkomen is beter dan genezen
Het is nog iets te voorbarig om deze aanpak direct toe te passen bij zoveel mogelijk meren, aldus de onderzoekers. Nijman: ‘Deze experimenten moeten nog herhaald worden op grote schaal. Deze eerste resultaten zijn veelbelovend, maar we willen de effecten meten op meer plekken en over een langere periode om te weten of het een blijvend positief effect heeft.’
Daarnaast is de aanpak niet geschikt voor elke situatie: daarvoor is het te prijzig, rekent Nijman voor. ‘Een aanpak gebaseerd op het inzetten van Phoslock is al gauw zes tot tien keer zo duur als een aanpak gericht op de omgeving van het meer. Dat is niet altijd mogelijk in Nederland: denk aan meren die omringd zijn door bomen, door landbouw, met ook nog eens weinig tot geen doorstroom van het water. Daar kun je niet opeens de hele omgeving herzien, en dan kan het verstandig zijn om te baggeren of Phoslock in te zetten. Maar op plekken waar de omgeving aangepakt kan worden, heeft dat dus altijd de voorkeur. Voorkomen blijft nog altijd beter dan genezen.’