Winkelcentrum
Winkelcentrum

Nieuw onderzoek naar alledaagse discriminatie: ‘Ander domein en breder perspectief’

In Nederland is het nog een onontgonnen terrein. Lex Thijssen, postdoctoraal onderzoeker Sociologie aan de Radboud Universiteit, start begin 2025 met een onderzoek naar discriminatie in (semi)publieke ruimtes. Dat doet hij gedurende drie jaar met behulp van een toegekende NWO Veni-beurs. ‘Belangrijk dat dit onderzoek er komt, want voor verschillende mensen kan systematische discriminatie een alledaagse realiteit zijn.’

Bij onderzoek en discriminatie gaan de eerste gedachten meestal uit naar de arbeidsmarkt. En mogelijk ook naar de woningmarkt en het onderwijs. ‘Binnen die domeinen is er al veel onderzoek naar discriminatie en uitsluiting verricht’, legt Thijssen uit. ‘Maar over discriminatie in (semi)publieke ruimtes is nog weinig bekend. Dit terwijl daar zich een groot deel van ons dagelijks leven afspeelt, bijvoorbeeld op straat, in winkels, in het verkeer, in het openbaar vervoer en binnen vrijetijdslocaties. Op die plekken komen veel mensen samen. Ook daar kan uitsluiting ontstaan, zo hebben eerdere kleinschalige studies al laten zien. We weten nog niet op welke schaal dit gebeurt, wat de verklaringen daarvoor zijn en waar beleidsmakers aan kunnen denken om in (semi)publieke ruimtes discriminatie en uitsluiting te voorkomen. Vandaar het belang om hier onderzoek naar te doen.’

Meerdere identiteiten

De wens om discriminatie in (semi)publieke ruimtes in kaart te brengen, ontstond bij Thijssen nadat hij eerder een promotieonderzoek deed naar discriminatie op de arbeidsmarkt. Vervolgens diende hij voor zijn nieuwe onderzoek een aanvraag in voor een Veni-beurs, die medio juli van dit jaar door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) werd toegewezen. Daardoor krijgt Thijssen de komende drie jaar financiële ondersteuning om dit onderzoek uit te voeren. Het onderzoek richt zich met de (semi)publieke ruimtes niet alleen op een ander domein, maar ook op een breder perspectief. Thijssen: ‘Tot dusver lag in onderzoeken naar discriminatie de focus meestal maar op één specifieke groep, gebaseerd op gender, migratieachtergronden of sociale klassen. Ditmaal is het plan om een intersectioneel perspectief te hanteren.’

Dat laatste vraagt om een nadere uitleg. Thijssen: ‘Bij intersectioneel perspectief neem je echt mee dat mensen meerdere identiteiten hebben. Zij zijn bijvoorbeeld niet alleen man of vrouw, maar ook zwart of wit en hebben een rijke of arme afkomst. Een van de doelen van dit onderzoek is om in kaart te brengen welke invloed de combinatie van dergelijke identiteiten heeft op de manier waarop iemand wordt benaderd en behandeld, en dat in verschillende alledaagse situaties. Met de hantering van dit perspectief bouw ik voort op een snel opkomende literatuur naar intersectionele discriminatie.’

Vragenlijsten en dagboekstudie

Thijssen zal verder tijdens zijn onderzoek een aantal methoden en databronnen gaan gebruiken. Zo gaat hij antwoorden van bestaande vragenlijsten uit verschillende Europese landen bestuderen en vergelijken, om een breder beeld te krijgen wie er door (semi)publieke discriminatie worden getroffen. ‘Met die vragenlijsten is aan mensen gevraagd waar en wanneer zij discriminatie ervaren’, licht hij toe. ‘Het is waardevol om die antwoorden nader te analyseren, zo ontstaat er ook een vergelijkend beeld over de ervaringen met discriminatie in verschillende landen. Daarnaast is het plan om de ervaringen in Nederland nog nauwkeuriger te onderzoeken. Dat wil ik doen met behulp van een dagboekstudie, waarin een groep van verschillende mensen in een vaststaande periode aangeeft in welke (semi)publieke ruimtes ze met discriminatie te maken krijgen en wat daaraan ten grondslag ligt.’

Naast deze onderzoeksmethoden is Thijssen van plan om een experimentele studie te doen, waarvan de exacte vorm nog niet definitief vaststaat. Inzichten uit focusgroepen met gemarginaliseerde groepen zijn daarbij richtinggevend en moeten zorgen dat betekenisvolle situaties worden onderzocht. ‘Met een experimentele studie wil ik nagaan of mensen, op basis van hun identiteiten, verschillend in (semi)publieke ruimtes benaderd en behandeld worden. Mijn plan is om de uitkomsten daarvan vervolgens naast de dagboekstudies te leggen, om te zien of er sprake is van vergelijkbare patronen. Zo’n combinatie van dagboekstudies en experimentele studies is tot dusver nog niet in Nederland en andere landen uitgevoerd.’

Volgens Thijssen is het belangrijk om de patronen van alledaagse discriminatie in kaart te brengen. ‘Vaak zie je dat de structuren die tot ongelijke behandeling van mensen leiden, niet op één vast moment terugkomen. Mensen krijgen er niet enkel tijdens bijvoorbeeld solliciteren mee te maken, maar ook op andere momenten in hun leven. Daarom is het belangrijk dat dit onderzoek er komt, want voor verschillende mensen kan systematische discriminatie een alledaagse realiteit zijn.’

Vanwege die laatstgenoemde reden dient dit onderzoek volgens Thijssen een hoger doel. ‘Het zou ontzettend mooi zijn als dit onderzoek gaat bijdragen aan kansengelijkheid in de samenleving. Zo hoop ik dat onder andere het ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid, de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme en de Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme straks mijn onderzoeksresultaten kunnen gebruiken om tot oplossingen te komen. Dat zou geweldig zijn.’

Foto: Dieter de Vroomen via Unsplash

Contactinformatie

Thema
Diversiteit, Samenleving