Hij werkte voor verschillende ontwikkelingsorganisaties in Oost-Afrika en Latijns Amerika, deed promotieonderzoek in Sudan, Burundi en Guatemala en woonde en werkte in Uganda. Mathijs van Leeuwen is hoogleraar conflict en vredesopbouw bij het Centrum voor Internationaal Conflict - Analyse & Management (CICAM) en doet onderzoek naar de rol van landconflicten en landhervorming in ontwikkelingslanden tijdens vredesopbouw. “Wees voorzichtig met verwachtingen van landregistratie als dé sleutel voor vredesopbouw. Blijf oog houden voor de diepere wortels van gewelddadige conflicten.”
Je bent ontwikkelingssocioloog en gespecialiseerd in conflict en vredesopbouw in ontwikkelingslanden. Wat doe je dan precies?
“Ik doe onderzoek naar de dynamieken van conflict en vredesopbouw, met name rondom landbouwgrond in het Afrikaanse Grote Merengebied. Ik onderzoek hoe lokale conflicten verband houden met grotere politieke conflicten, en op welke manier vredesopbouw – maatregelen om te voorkomen dat een land in een conflictsituatie terechtkomt, er in blijft steken of terugvalt - de relatie tussen burgers en lokale overheden beïnvloedt. Ik kijk daarbij regelmatig naar onderliggende aannames die humanitaire, vredes- en ontwikkelingsorganisaties hebben bij hun interventies in conflictgebieden.”
In je onderzoek staat regelmatig landregistratie als een van die interventies van ontwikkelingsorganisaties centraal. Wat houdt landregistratie precies in?
“Landregistratie is letterlijk het registreren van stukjes land. Hier in Nederland hebben we daar een professioneel werkend systeem voor; het Kadaster. In Afrikaanse landen ligt dat anders, daar hebben veel mensen ooit volgens gewoonterecht van lokale heersers land toegekend gekregen. Het grootste deel van dit land staat daarom niet geregistreerd bij de overheid. Het idee is vaak dat een gebrek aan erkenning van rechten door de overheid een belangrijke bron is van onzekerheid over de eigendom van een stuk land, en dat je dit kunt oplossen door land te registreren.”