Veraart zocht op Spitsbergen naar de condities en hoeveelheden van de uitstoot van methaan, een broeikasgas dat vrijkomt door het smeltende permafrost. De bijdrage van dit gas aan de opwarming van de aarde is vele mate heftiger dan het veel vaker besproken kooldioxide. Spreken we in Nederland van anderhalve graad temperatuurstijging, is Spitbergen is de gemiddelde temperatuur in zestig jaar met 6 graden toegenomen. De opwarming in het oostelijk deel van Sitsbergen gaat acht keer zo snel als het wereldgemiddelde, onderstreept Veraart de urgentie van het arctisch klimaatonderzoek. ‘De opwarming van het poolgebied heeft ook gevolgen voor Nederland.’
Dankzij een grote subsidie van onderzoeksfinancier NWO kunnen opnieuw tientallen wetenschappers zich opmaken voor een reis naar de arctische gebieden, dit keer – twee jaar op rij – naar Groenland. Veraart is er opnieuw bij, nu niet als deel van een groep van vijftig onderzoekers, maar van een veel kleiner onderzoeksteam, die elkaar in Groenland gaan opvolgen. Spitsbergen kon alleen worden bereikt met rubberbootjes vanaf het onderzoekschip, met tegenslagen als te ruw water, te slecht zicht en het voortdurend gevaar van ijsberen. ‘Die heb je in Groenland gelukkig veel minder.’
Stikstofcrisis
Het methaanonderzoek is extra urgent geworden door de onlangs opnieuw aangewakkerde stikstofcrisis. Hoge concentraties stikstof in het ecosysteem werken door in het oppervlaktewater, denk aan uitgereden mest dat in het water algengroei op gang brengt en zorgt voor zuurstofarme condities – hét recept voor meer vrijkomend methaan in de lucht. ‘Vanuit mijn onderzoek kan ik de oproep om de stikstofcrisis aan te pakken alleen maar onderstrepen’, zegt Veraart.
Veraart zoekt in haar onderzoek onder meer naar een rem op methaanproductie in het water. Een belangrijke rol is weggelegd voor de methaanetende bacteriën, die nu al – als natuurlijk proces – 90 procent van het methaanuitstoot vanuit het water absorberen. Wat niet wegneemt dat de resterende 10 procent alsnog verstrekkende gevolgen heeft. ‘We moeten naar de 100 procent’, zegt Veraart. De vraag is hoe die bacteriën een handje te helpen, nog los van – wat ook moet – de aanpak van stoffen die methaan bevorderen, zoals mest.
Simpelweg het water injecteren met meer bacteriën klinkt simpel, maar zet geen zoden aan de dijk. ‘We moeten zorgen voor betere omstandigheden in het water, dan komen de bacteriën vanzelf wel. Blijft het water slecht, wat nu het geval is, helpen extra injecties niet.’ Wat helpt is het afremmen van de opwarming. ‘In warmer water groeit het aantal bacteriën dat juist minder goed is in het afbreken van methaan.’ Wat ook helpt is zouter water, wat met name kan werken voor oppervlaktewater dat vroeger al zoute condities heeft gekend. Liever zet Veraart de kaarten op een gezondere watervegetatie. ‘We ruimen nu vaak te veel planten op.’ Ook baggeren helpt het zuurstof in het water vooruit, ‘al moet je dan weer bedenken wat je met het vervuilde baggerslib doet.’
Aandacht voor lachgas
Veraart speelt haar onderzoekskaarten niet alleen uit in de arctische gebieden. Onlangs constateerde ze in haar onderzoek in de Linge een groeiend methaangehalte, even voorbij de afvoerpunten van het restwater van waterzuivering. In dit water zitten nog steeds te veel voedingsstoffen, dus nazuivering is hard nodig, zegt Veraart. ‘Maar de installaties van vandaag zijn niet zomaar aan te passen, en de waterbedrijven hebben al genoeg aan het hoofd, zoals de verwijdering van PFAS en medicijnresten.’
Bij de toekomstige zuivering verdient volgens Veraart ook de aanpak van lachgas veel meer aandacht. Dit gas werkt nóg heftiger dan methaan het broeikaseffect in de hand, en blijft bovendien veel langer in het klimaat. Het afvalwater na waterzuivering speelt ook hierin een belangrijke rol, zo bleek al uit eerder onderzoek. In haar nieuwe onderzoek in de Linge blijkt nu ook de uitspoeling van meststoffen in het water een voorname aanstichter van de verhoogde lachgas-concentraties. ‘Een extra argument voor schoner water, want dat vermindert ook het lachgas.’
Beluister Annelies Veraart ook in de laatste podcast van Radboud Science Snacks