Rechten in het gedrang
Inmiddels zitten we volgens sommige experts in de derde golf, terwijl anderen zeggen dat er al vier golven geweest zijn. ‘Op die beschrijving aan de hand van golven valt een en ander af te dingen’, vertelt Hülsken. ‘Het suggereert dat feminisme komt en gaat, maar voor veel van de thema’s wordt voortdurend actie gevoerd. Daarnaast geeft de vergelijking met golven de indruk dat de vrouwenbeweging één geheel is, terwijl er in werkelijkheid vele bewegingen waren die soms gezamenlijk en soms juist voor heel specifieke groepen vrouwen opkwamen, bijvoorbeeld voor de rechten van lesbische vrouwen of Zwarte vrouwen. Deze bewegingen overlapten soms maar botsten ook weleens.’
Weer anderen stellen dat we in een post-feministisch tijdperk leven waarin het gevoel heerst dat volledige gelijkheid is bereikt. ‘Deze neoliberale postfeministische visie helpt niet om hardnekkige problemen als geweld en discriminatie tegen vrouwen op te lossen’, stelt Hülsken. Sterker: het ontkennen van structurele ongelijkheid kan ertoe leiden dat vanzelfsprekend geachte, maar sterk bevochten rechten, zoals het recht op abortus, plots weer ter discussie staan. ‘Helaas zien we dat veel discussies over vrouwenemancipatie en over gender een open eind hebben en dat er altijd een moment kan ontstaan waarop de rechten van vrouwen, maar zeker ook van andere gemarginaliseerde groepen, weer in het gedrang komen. Dat zie je bijvoorbeeld op dit moment nationaal en internationaal gebeuren onder invloed van antigenderbewegingen en -partijen waardoor LHBTIQ+ rechten en in het bijzonder rechten van transgenderpersonen worden bedreigd en beperkt. Verschillende politici bestempelen gender als een groot gevaar en een bedreiging voor de sociale orde.’
Niet alleen over vrouwen
In de wetenschap is deze maatschappelijke backlash volgens Hülsken op dit moment stukken minder aan de orde. Ze wijst op de hoge vlucht die genderstudies hebben genomen in de afgelopen decennia zowel in onderzoek als onderwijs. Het Nijmeegse onderzoeksinsituut Gender & Diversity studies, dat direct is voortgekomen uit vrouwenbewegingen in de jaren zeventig en tachtig en dat dit jaar veertig jaar bestaat heeft daar een bijzondere rol in gespeeld. Nijmegen had als eerste universiteit in Nederland een instituut Genderstudies. ‘Inmiddels is gender gevestigd als onderzoekscategorie in de meest uiteenlopende vakgebieden.’
Ook binnen de opleiding geschiedenis waar Hülsken doceert, kijken studenten niet gek op van de verplichte bachelorcursus gendergeschiedenis in het curriculum. Integendeel: ‘Studenten zijn juist heel nieuwsgierig en geïnteresseerd om meer te weten over verhoudingen tussen de seksen door de tijd heen, en veranderende ideeën over gender en over vrouwelijkheid en mannelijkheid in relatie tot macht.’ Want, benadrukt Hülsken: ‘Gendergeschiedenis gaat over vrouwen, maar net zo goed over mannen én mensen die zich niet laten voegen naar een van die twee binaire gendercategorieën.’
Foto via Wikimedia Commons