Ruud Lubbers (1939-2018) regeerde 12,5 jaar en was een van de langstzittende premiers in de Nederlandse geschiedenis. Hij was dat bovendien in een cruciale periode, waarin een zware economische crisis het kabinet dwong tot forse bezuinigen en kortingen op uitkeringen en ambtenarensalarissen, terwijl het land verscheurd werd door de vraag of er kruisraketten moesten worden geplaatst. Later keerde het economisch tij en stak Nederland gunstig af bij de rest van Europa, mede dankzij het gevoerde saneringsbeleid. Het doemdenken maakte plaats voor nieuw elan.
Het tijdperk-Lubbers
Lubbers slaagde er ook in een plaatsingsbesluit door het parlement te loodsen, maar het IJzeren Gordijn viel voordat de raketten er waren. Daarna stond hij aan de wieg van het Verdrag van Maastricht dat in 1992 de basis legde voor de Economische en Monetaire Unie. Als lijsttrekker van het CDA behaalde Lubbers intussen bij de verkiezingen van 1986 en 1989 54 zetels, nog altijd een record voor een Nederlandse politieke partij. Onder hem was het ‘jonge’ CDA – in 1980 gevormd uit KVP, ARP en CHU – op het toppunt van zijn macht. De partij regeerde eerst zeven jaar met de VVD en daarna vijf jaar met de PvdA. De komst van Lubbers markeerde ook het einde van de periode van polarisatie (1966-1982), en het begin van de era die vaak naar hem is genoemd: het tijdperk-Lubbers.
De heel eigen inkleuring van het politiek leiderschap door Lubbers is ook voer voor biografen: zijn ‘meedenken’, de grondige dossierkennis op vrijwel elk terrein, het ‘vergruizen’ en ‘zwaluwstaarten’ van complexe vraagstukken, zijn schijnbaar onuitputtelijke vermogen tot het vinden van compromisoplossingen en het bijna spreekwoordelijke ‘Lubberiaanse’ taalgebruik.
Nieuwe inzichten
Hoewel het accent ligt op de periode van het minister-presidentschap, zal de biografie zich uitstrekken over Lubbers’ hele leven. Voor hij in 1973 in de Haagse politiek terecht kwam, was Lubbers succesvol als jong ondernemer. Van 1973 tot 1977 was hij voor de KVP minister van Economische Zaken in het centrumlinkse kabinet-Den Uyl, en tijde van de kabinetten-Van Agt (1978-1982) kostte het hem als CDA-fractieleider vooral veel moeite zijn sterk verdeelde fractie bij elkaar te houden. Het laatste jaar van zijn premierschap was rampzalig voor de partij en voor zijn opvolger. Lubbers zelf slaagde er niet in een toppositie te verwerven bij de EU of bij de NAVO. In 2001 lukte dat wel bij de VN, maar in 2004 zag hij zich gedwongen af te treden na beschuldigd te zijn van seksuele intimidatie.
Er is al veel gezegd en geschreven over de persoon en over het tijdperk-Lubbers: analyses van tijdgenoten, journalistieke geschriften, verzamelde redevoeringen, interviews en juridische, economische en politicologische studies. Om zijn politiek leiderschap goed te kunnen beoordelen is het echter van belang te weten wat er binnenskamers gebeurde. Hoe werkte machtsuitoefening in de praktijk? Hoe kon Lubbers twaalf jaar lang aan de top blijven? Waar stootte hij zijn neus? Welke no nonsense-maatregelen kwamen uit eigen koker en welke niet? Was de minister-president zo moedig en koersvast als hem vaak werd toegeschreven? Waaide hij vooral mee met de heersende neoliberale wind?
Het doel is een kritische, wetenschappelijk verantwoorde biografie, gebaseerd op nieuwe bronnen en inzichten. Lubbers’ premierschap ligt nu meer dan vijfentwintig jaar achter ons. Er is genoeg afstand voor een genuanceerd oordeel over de man en wat hij tot stand bracht. De historicus beschikt vandaag bovendien over belangrijke primaire bronnen: archiefmateriaal zoals de notulen van de ministerraad, partijstukken, privécorrespondentie. Voormalige hoofdrolspelers kunnen worden geconfronteerd met onderzoeksresultaten en doelgericht worden bevraagd. Lubbers zelf steunde het project en deelde bovendien zijn herinneringen met het CPG. Hij overleed vrij onverwacht op 14 februari 2018.