Slaap is van vitaal belang voor alle aspecten van de menselijke gezondheid, maar er wordt vaak gesuggereerd dat slaap het meest ingrijpende effect heeft op onze stemming. Een slechte slaapkwaliteit, zoals moeite hebben om in slaap te komen of te blijven, of een niet-herstellende slaap, wordt in verband gebracht met een vermindering van positief affect en een toename van negatief affect gedurende de dag. Hoe slaap ons emotioneel functioneren overdag beïnvloedt, is echter nog een open vraag.
Een groeiende literatuur toont aan dat het vermogen om je emoties te reguleren een belangrijk mechanisme zou kunnen zijn in de relatie tussen slechte slaap en stemmingsstoornissen. Emotieregulatie verwijst naar de handelingen en gedachten die we uitvoeren om te beïnvloeden welke emoties we hebben, wanneer we ze hebben en hoe we ze uiten. Emotieregulatie wordt vaak beschouwd als een centraal aspect van werknemers in sociale beroepen, dus mensen die werken met klanten, cliënten, patiënten, studenten enz.
Werknemers gebruiken emotieregulatiestrategieën om zich gepast te gedragen op het werk en hun werkrol uit te voeren (bv. vriendelijk blijven tegen veeleisende klanten). In dit doctoraatsproject zullen mixed methods (cross-sectioneel, experience sampling, experimenteel) en objectieve slaapmetingen (polysomnografie, actigrafie) gebruikt worden om na te gaan (1) of er een bidirectionele relatie bestaat tussen slaap en emotieregulatie, (2) welke slaapfactoren (d.w.z. slaapkwaliteit, slaaphoeveelheid, slaapregelmaat) de sterkste impact hebben op adaptieve emotieregulatie en (3) en of een emotieregulatietraining de slaapkwaliteit van werknemers verbetert.