Hoe dragen mensen uit verschillende culturen informatie over? Doen ze dit voornamelijk via duidelijke uitingen of subtiele, contextuele aanwijzingen? Een bekende benadering, geïntroduceerd door Edward T. Hall in 1976, verdeelt culturen in "lage-context" (zoals Zwitserse Duitsers, Duitsers en Scandinaviërs, die de voorkeur geven aan duidelijke, expliciete communicatie) en "hoge-context" (zoals Japanners en Chinezen, die vaak meer impliceren dan ze letterlijk zeggen). Maar tot nu toe was er weinig solide bewijs om deze ideeën te ondersteunen. Ons project probeert deze kloof te dichten door te onderzoeken hoe verschillende talen gebeurtenissen beschrijven, met nadruk op aspecten zoals de agent, tijdreferentie en de informatiebron. We verzamelen en analyseren corpusgegevens in verschillende talen met behulp van een universeel annotatieschema. We zijn ook van plan om AI te gebruiken, specifiek Large Language Models, om patronen van impliciete informatie over talen en culturen heen te identificeren.
Met deze studie hopen we te begrijpen hoe mensen uit verschillende culturen en die verschillende talen spreken informatie op verschillende manieren interpreteren en communiceren.