Om de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs te implementeren, presenteerde de Nederlandse overheid een nieuw bestuursinstrument: de Regionale Energiestrategie (RES). De RES is gebaseerd op regionale doelstellingen voor hernieuwbare energie (RE) en is gericht op het ruimtelijk toewijzen van de toekomstige energiemix voor elke regio. De RES biedt een procedurele basis voor de ruimtelijke implementatie van RE, maar mist de essentiële maatschappelijke en participatieve kenmerken. Uit eerder casestudy-onderzoek naar de implementatie van duurzame-energieprojecten weten we dat participatie - in de breedste zin van het woord - cruciaal is voor een succesvolle en efficiënte implementatie. Studies van lokale RE-projecten zijn echter voornamelijk gebaseerd op casestudy's en er zijn geen programma's voor monitoring en evaluatie.
Op basis van een nieuwe aanpak met experimentalistisch bestuur bieden we deze lokale sociale innovatieprojecten 1) een kader dat systematische evaluatie van participatiemodellen mogelijk maakt, 2) de mogelijkheid om sectoroverschrijdend te leren via een regionaal bestuursplatform. Daarnaast gebruiken we de uitkomsten voor 3) een participatieve modellering waarin what-if scenario's worden gebouwd om de rol van participatie op de regionale energietransitie te begrijpen, en 4) het verspreiden van deze lessen voor de rol van overheden in het bestuur van de energietransities in de vorm van een simulatiemodel, dat ook in andere RES-regio's zal worden gebruikt. De wetenschappelijke resultaten omvatten nieuwe inzichten in de prestaties van participatie- en governancemodellen, de potentiële rol van participatieve modellering in regionale energietransities en in real-life experimenten.