In de tweede helft van de negentiende eeuw was operette in de hele westerse wereld enorm populair en Nederland was daarop geen uitzondering. Met ironie en satire verbeeldden operettes op absurde wijze thema's uit het dagelijks leven. Vooral in Amsterdam, Den Haag en Rotterdam waren operettes alomtegenwoordig, ook al werden er hier vrijwel geen originele operettes geproduceerd. Dit promotieonderzoek probeert te ontrafelen hoe en waarom negentiende-eeuwse lokale en internationale actoren zich operettes toe-eigenden – met name hun tekstuele, muzikale, visuele en performatieve representaties van sociale verhoudingen – rekening houdend met verschillende smaken en waarden, binnen verschillende Nederlandse stedelijke contexten.
Lachspiegels
De toe-eigening van buitenlandse operettes in Nederlandse steden (1856-1914)
- Looptijd
- 1 september 2020 tot 31 augustus 2024
- Projectleden
- V.M.E. Driessen (Veerle) MA
- Projecttype
- Onderzoek
- Organisatieonderdeel
- Radboud Institute for Culture and History, Faculteit der Letteren