Dit project komt voort uit Anna Geurts' Nederlandse vertaling van Neel Doffs roman Keetje trottin uit 1921 (Keetje op straat: Uitgeverij IJzer, 2021). Doffs autobiografische Keetje-trilogie is een voorbeeld van vrouwelijke arbeidersflânerie, een manier van toeristisch plezier die vaker wordt geassocieerd met welgestelde mannen. Het verhaal zelf reisde ook: van Amsterdam naar Parijs en Brussel, en van Nederlands naar Frans en weer terug naar Nederlands. Dit project zal daarom ook onderzoeken hoe de vroege receptie van deze trilogie en van Doff als transnationaal auteur was, en hoe haar latere receptie onder het Nederlandse publiek tot stand kwam onder invloed van intermediale vertalingen naar boek, film en lied.