'Tijdens mijn college bronteksten jodendom spraken we onlangs over het scheppingsverhaal. Hier spraken we over de vaak onduidelijke betekenis van een bepaald stuk tekst, denk bijvoorbeeld aan Genesis 2:9. In het Nederlands is het duidelijk wat er staat: een duidelijk onderscheid tussen de boom van leven en de boom van kennis van goed en kwaad. Maar hoe zit dat met de Hebreeuwse tekst, is de structuur daar even helder? Spontaan krijgt een tekst, wanneer je hem leest in de oorspronkelijke taal, een heel andere betekenis dan je altijd dacht.
Het grappige is dat we met het lezen van een passage als dit stuiten op onze neiging tot dualistisch denken. Het is of het één of het ander. Zo hoor ik mensen om me heen ook vaak over religie en rede praten. Het is óf geloof, of kennis. Maar waarom zou je die twee moeten scheiden? Hoezo kun je niet geloven met rede, of met rede geloven? Ik denk dat dat kan.'
'Niet dat ik denk dat ik de waarheid in pacht heb. Ik denk sowieso dat je nooit helemaal zult weten wat de waarheid is. Tijdens de colleges ethiek kwam de docent met de vraag: ‘kan ik dit beamen?’. Dat vind ik een mooie vraag.'