Het pre-masterprogramma duurt één studiejaar en bestaat deels uit onderwijs dat speciaal voor pre-masterstudenten is gemaakt (de minor Biomedical research methods) en deels uit onderwijs uit het reguliere tweede en derde jaar van de bachelor Biomedische Wetenschappen. Het onderwijs is voor een groot gedeelte in het Engels.
Eerste semester
In het eerste semester van het studiejaar volg je twee minoren: een op maandag en dinsdag, een op donderdag en vrijdag. De ene minor leert je om (nieuwe) onderzoeksmethoden eigen te maken, die je vervolgens kunt inzetten tijdens het vervolg van je studie. De andere minor mag je vrij kiezen, waarmee je jouw opleiding al vorm geeft naar je eigen wensen en interesse.
Afhankelijk van je vooropleiding volg je op de woensdagen 1 of 2 cursussen. Iedereen volgt de cursus Wetenschappelijke integriteit. Sommigen volgen nog een researchcursus naar keuze en anderen hebben het eerste kwartaal de woensdagen beschikbaar voor zelfstudie om eventuele kennisachterstanden die je ervaart in de minoren weg te werken.
Tweede semester
In het tweede semester ga je je, afhankelijk van je vooropleiding, verder verdiepen in onderzoeksmethodieken / research waarbij beleid en persoonsgerichte zorg centraal staan, of je gaat een onderzoeksstage lopen. De examencommissie van de opleiding bepaalt welk onderdeel je doet.
Onderwijsvormen
Een vorm van een college waarbij mondelinge overdracht van leerstof plaatsvindt. Een hoorcollege wordt gegeven door één of meerdere docenten.
Het verzamelen van (nieuwe) informatie om de kennis te vergroten.
Een vorm van college waarbij de student onder begeleiding aan leeropdrachten werkt, meestal in groepsverband.
Een groep van mensen met een bepaald doel of een bepaalde opdracht die zij gezamelijk resultaatgericht proberen uit te voeren.