Doelstellingen Ondernemingsrecht
- De student heeft grondige en verdiepte kennis van het ondernemingsrecht;
- De student kan deze kennis toepassen op concrete, complexe (praktijk)casus en deze casus analyseren en door toepassing van de opgedane kennis oplossen;
- De student is in staat een kritische houding aan te nemen tegenover de heersende doctrine ten aanzien van kernpunten van het ondernemingsrechten kan zich een eigen mening en oordeel te vormen, inclusief een nauwkeurige en wetenschappelijke onderbouwing;
- De student is in staat om zowel mondeling als schriftelijk zijn kennis, inzicht en standpunten betreffende het ondernemingsrecht over te brengen aan zowel vakgenoten als leken;
- De student is op de hoogte van het bestaande wetenschappelijk onderzoek op het terrein van het ondernemingsrecht en heeft gedegen kennis van de in de literatuur verdedigde visies
- De student heeft zich voldoende kennis en inzicht op het gebied van het ondernemingsrecht eigen gemaakt om zich hierin na afronding van de opleiding verder in te ontwikkelen
Het vak is gerelateerd aan:
- Ondernemingsrecht, B3
- Burgerlijk recht II, B3
- Burgerlijk Procesrecht, B3
Gedurende het onderwijs ontwikkelt de student de volgende cognitieve vaardigheden:
- Toepassen van theoretische kennis op praktijkgevallen
- Het selecteren van relevante informatie om deze praktijkgevallen te kunnen analyseren
- Het formuleren van een vraagstelling bij het schrijven van een annotatie en essay
- Het formuleren van een eigen standpunt en het aandragen motieven voor deze visie
- Het kritisch verwerken van de discussie in de literatuur
De student laat blijken zich de onder 2 genoemde kennis, het aldaar genoemde inzicht en de onder 6 genoemde cognitieve vaardigheden te hebben eigengemaakt door:
- Door het optreden als spreker tijdens het referaat, waar de student laat zien dat hij in staat is om mondeling en schriftelijk een juridisch standpunt te verdedigen
- Door het schrijven van een essay, waarbij de student laat zien dat hij in staat is zelfstandig een betoog te schrijven en een standpunt in te nemen over een juridische kwestie
- Bij het mondeling tentamen, wat beoogt zowel parate kennis als inzicht te toetsen aan de hand van inhoudelijke vragen, meestal door middel van een of meer casus
Van de student wordt op basis van de bachelor voor dit vak het hieronder genoemde beginniveau met betrekking tot onderzoek verwacht:
- Onderzoeksvaardigheden die de student heeft opgedaan bij het schrijven van essays in de bachelorfase
In dit vak vindt de confrontatie met onderzoek plaats doordat:
- De te bestuderen literatuur grotendeels bestaat uit wetenschappelijke artikelen
- In de meeste colleges onderzoeksresultaten worden gepresenteerd (bijvoorbeeld uiteenlopende visies op een juridisch leerstuk)
- Van de student wordt verwacht dat hij zich die resultaten eigen maakt
- De student zelfstandig literatuuronderzoek verricht ten behoeve van het referaat en het essay
- De student veel tijd besteed aan het begrijpen van zeer technische wetgeving en jurisprudentie
- De student zelfstandig complexe ondernemingsrechtelijke vraagstukken bestudeert
Aan de student wordt gevraagd aan het vak gerelateerde informatie, ideeën of oplossingen op anderen over te brengen
- Tijdens het referaat waarbij de student ten overstaan van medestudenten en docenten een juridisch standpunt moet verdedigen en juridische problematiek van verschillende kanten moet belichten en verduidelijken
- Bij het schrijven van het essay
- Bij het mondeling tentamen
Met behulp van de kennis en de cognitieve vaardigheden die de student in dit vak heeft ontwikkeld is de student in staat tot het volgende professioneel en wetenschappelijk handelen:
- De student is in staat om in de praktijk van het ondernemingsrecht (als advocaat, bedrijfsjurist, rechter, etc.) op ten minste beginnend niveau werkzaam te zijn: opstellen van adviezen, helpen bij de opstelling van een processtuk of vonnis
- Het vak biedt een basis voor de wetenschappelijke beoefening van het ondernemingsrecht
Dit vak bereidt de student voor op zelfstandig functioneren in de beroepspraktijk of de wetenschap doordat:
- De student diepgaande kennis van enkele leerstukken van het ondernemingsrecht wordt aangereikt, waarmee hij in de beroepspraktijk en in de wetenschap ten minste op beginnen niveau kan functioneren
- Het referaat de student oefent in de schriftelijke en communicatieve vaardigheden
|
|
|
De belangrijkste onderwerpen waarlangs de hoofddoelen worden bereikt zijn: Er zijn twee kernthema’s die worden behandeld aan de hand van de volgende onderwerpen: Contractueel ondernemingsrecht:
- Vennootschapsrechtelijke vraagstukken waarin het contractenrecht een belangrijke rol speelt
- Flexibilisering van het vennootschapsrecht
Litigieus ondernemingsrecht:
- Ondernemingsrechtelijke geschillen met betrekking tot (vijandige) openbare biedingen en beschermingsconstructies
- Aansprakelijkheid van bestuurders
- Enquêterecht
Aan bod komen wetgeving, wetsvoorstellen, jurisprudentie en literatuur op deze terreinen
Dit vak legt sterk de nadruk op actuele ontwikkelingen op het terrein van het ondernemingsrecht. Denk daarbij onder meer aan overnamegeschillen en enquêteprocedures. De colleges worden voornamelijk verzorgd door docenten van het Van der Heijden Instituut, die veelal nevenfuncties bekleden bij toonaangevende advocatenkantoren of de overheid. Ook prominente externe docenten verzorgen een aantal colleges. In dit kader staan eveneens enkele kantoorbezoeken op het programma.
|
|
|
|
|
Het vak kent een opdracht in de vorm van een referaat en presentatie. Het cijfer voor het referaat en presentatie bepaalt voor 30% het eindcijfer. - Het vak sluit af met een mondeling tentamen, dat 70% van het eindcijfer bepaalt. Voor beide onderdelen dient een voldoende te worden behaald.
|
|
Inspanningen die van de student worden verwacht gedurende het onderwijs
-Verplichte aanwezigheid bij colleges;
-Goede inhoudelijke voorbereiding van de colleges;
-Een proactieve, kritische en onderzoekende attitude;
-Actieve deelname aan de discussies tijdens de colleges;
-Verplichte deelname aan activiteiten die aan het vak zijn gekoppeld, zoals bezoeken aan advocatenkantoren of financiële instellingen en deelname aan symposia en lezingen.
- Deelname aan het referaat waarvoor de student een essay dient te schrijven en daarnaast als spreker optreedt.
Dit vak maakt onderdeel uit van de Duale Master en Onderzoeksmaster Onderneming & Recht en is niet toegankelijk voor studenten die niet aan deze masters deelnemen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de opleidingscoördinator mw. mr. A.M. Boh. E-mail: annika.boh@ru.nl.
|
|