Aan het einde van de cursus kan de student:
- Centrale begrippen uit de interactieanalyse hanteren en toepassen
- Interactionele fenomenen uit alledaagse en institutionele omgevingen beschrijven en uitleggen
- Fragmenten van (gemedieerde) interacties in alledaagse en institutionele settings analyseren aan de hand van theorieën/concepten op het gebied van interactieanalyse
- Mondelinge interactie zelfstandig transcriberen volgens de geldende conversatieanalytische conventies
|
|
Een groot deel van de communicatie van organisaties bestaat uit (mondelinge) interactie met klanten, patiënten, burgers, en collega’s, bijvoorbeeld aan de telefoon, face-to-face, of via chat of videobellen. In deze cursus wordt de basis gelegd voor het bestuderen van gesproken en gemedieerde interactie (discourse) in in informele contexten en institutionele omgevingen zoals bedrijven, de politie, de gezondheidszorg, overheidsorganisaties en webcare. Begrippen die aan de orde komen, zijn handelingen en handelingssequenties, aangrenzende paren, preferentie, herstel (repair), story-telling en openingen en afsluitingen. Deze begrippen kunnen gebruikt worden om gespreksfragmenten te analyseren. Verder leert de student een gesprek te transcriberen volgens de geldende conventies. In deze cursus ontdekken studenten hoe belangrijk maar ook complex de relatie tussen interactie en context is en hoe interessant het is om die relatie te bestuderen.
|
|
|
|
|
|