Na afloop van de cursus ben je in staat om:
- binnen het aangereikte thema van de werkgroep een relevante, goed afgebakende onderzoeksvraag op te stellen;
- onder begeleiding van de docent relevante historiografie rond dit thema te verwerken;
- onder begeleiding van de docent in een archief bronnenmateriaal te verzamelen met gebruikmaking van hulpmiddelen zoals archiefgidsen en inventarissen;
- verschillende methodes voor het analyseren van bronnen te onderscheiden;
- bronnenkritiek, passende concepten en onderzoeksmethoden toe te passen bij de analyse van bronnen;
- mondeling en schriftelijk, in correct Nederlands, in groepsverband verslag te doen van het onderzoek in de vorm van een wetenschappelijk betoog voorzien van een heldere argumentatiestructuur en adequate annotatie;
- adequaat feedback te geven op de argumentatie en het betoog van medestudenten en, mede aan de hand van het schrijfdossier, feedback op je eigen werk te verwerken.
|
|
In de cursus Onderzoekslaboratorium staan historische bronnen en de wetenschappelijke methodes waarmee historici bronnen analyseren centraal. In de eerste weken van de cursus maak je intensief nader kennis met de bronnen en methoden die voor het onderwerp van jouw werkgroep in het bijzonder relevant zijn. Ook verdiep je je, mede op basis van door de docent aangedragen literatuur, in het wetenschappelijke debat over dit onderwerp. Vervolgens voer je in groepsverband een klein archiefonderzoek uit en doe je hier mondeling en schriftelijk verslag van.
Welke bronnen je gaat bestuderen en welke vragen je gaat beantwoorden, ligt niet bij voorbaat vast. Ieder jaar worden door de docenten een aantal onderwerpen gekozen; aan ieder onderwerp zijn specifieke archiefbronnen gekoppeld. Wat wel vast ligt, is de geografische locatie van het onderzoek; meestal betreft dat Nijmegen en omstreken, waar de 2000 jaar oude geschiedenis zijn sporen heeft nagelaten. Het onderzoekslaboratorium wordt afgesloten met een mondelinge (groep) en schriftelijke presentatie van je bevindingen. Het werkstuk maakt onderdeel uit van het schrijfdossier.
|
|
|