Daarnaast heeft de student geleerd hoe specifieke kunstobjecten kunnen uitgroeien tot sleutelwerken binnen de kunsthistorische canon, hoe deze werken met kunsthistorische methoden kunnen worden benaderd, om antwoorden te vergaren op vragen naar bijvoorbeeld stijl, voorstelling, herkomst, functie, receptie. Deze cursus draagt bij aan de Ba-eindkwalificaties 1,2.
Inhoud |
In deze cursus staan de architectuur en beeldende kunst uit de periode vanaf de Franse revolutie tot 1918 centraal. Deze worden zowel chronologisch als thematisch en vergelijkend besproken. Daarbij komt een groot aantal kunstenaars, kunstwerken, stromingen en artistieke opvattingen aan bod, die alle zijn ingebed in (vaak roerige) politieke, sociaal-economische, intellectuele en culturele contexten. Die uiteenlopende contexten en de impact ervan op de artistieke productie komen eveneens ter sprake. |
|
|
|