Aan het eind van deze cursus kan de student:
- begrippen en hun betekenis uit het veld van conversatieanalyse en beleefdheidstheorie hanteren en toepassen;
- een gesprek opnemen en zelfstandig transcriberen;
- een interactioneel fenomeen uit een dataverzameling analyseren aan de hand van conversatieanalyse.
|
|
In deze cursus wordt de basis gelegd voor het bestuderen van interactie. Studenten maken kennis met het analyseren van interactie volgens de benadering van de conversatieanalyse en met bestanddelen van de beleefdheidstheorie. Begrippen die in de eerste periode aan de orde komen, zijn onder meer aangrenzende paren, sequentiële organisatie, beurtwisseling, herstelwerk, beleefdheid en "face". Deze begrippen worden toegepast op verschillende soorten interactie. Ook leren studenten een gesprek te transcriberen. In de tweede periode analyseren studenten een gespreksfragment volgens de conversatieanalytische methode, waarbij ook de inbedding in wetenschappelijke literatuur van belang is. De studenten ontdekken in deze cursus hoe de dynamiek van interactie in elkaar zit, hoeveel de details ertoe doen en hoe interessant het is om te bestuderen wat mensen de hele dag door met elkaar doen: interactie.
|
|
|
|
|
|