In de hoor-/werkcolleges van deze cursus maak je kennis met fundamenteel en toegepast onderzoek naar het leren van een tweede taal door volwassenen en kinderen, in het bijzonder het leren van Nederlands als tweede taal. Er is nationaal en internationaal veel onderzoeksliteratuur op dit gebied beschikbaar en elk jaar maken we daaruit de voor deze cursus meest interessante selectie. We bespreken met behulp van het handboek van Bossers et al. (2015) en recente artikelen de wetenschappelijke, didactische en maatschappelijke context van het leren van NT2. Ook besteden we aandacht aan de onderdelen luisteren, spreken, lezen, schrijven, woordenschat en grammatica. Daarnaast lees je een Nederlandstalige roman of een ander werk van een schrijver voor wie Nederlands niet de moedertaal is en bespreek je de analyse van dit werk met je medestudenten en docent.

Naast theoretische verdieping doe je ook ervaring op in de praktijk. Je plant minimaal drie keer een bijeenkomst als zogenaamd taalmaatje, waarbij je aan de hand van opdrachten met een NT2-cursist spreekt. Op deze wijze kun je de inzichten uit deze cursus op microniveau observeren in het taalgedrag van een individuele NT2-leerder. Ook voer je een lesobservatie in een NT2-klas uit om de in deze cursus verworven kennis en inzichten in de praktijk te kunnen herkennen. Tot slot schrijf je in het kader van lopend taalwetenschappelijk onderzoek naar NT2 aan de Radboud Universiteit een klein onderzoeksvoorstel.