- je kunt een onderzoeksvraag opstellen voor de bestudering van een zelf gekozen type taalstoornis;
- je kunt relevante Nederlands- en Engelstalige wetenschappelijke onderzoeksliteratuur over deze stoornis verzamelen;
- je kunt je theoretische kennis verdiepen door middel van bestudering van de geselecteerde literatuur;
- je kunt een goed beargumenteerd verslag schrijven over je literatuurstudie;
- je kunt je bevindingen vertalen naar een klinisch beleidsdocument, te weten een diagnostiek- of behandelvisie voor klinisch werkende taal- en spraakpathologen en/of logopedisten
- je kunt de kern van je literatuurstudie op een zelf ontworpen poster weergeven;
- je kunt aan de hand van je poster een korte presentatie geven over je literatuurstudie.
|
|
In deze cursus kun je jouw kennis van één specifieke taalstoornis verdiepen. Je kunt kiezen voor een taalstoornis waarin je al geïnteresseerd bent óf juist voor een stoornis waarmee je nog niet bekend bent, maar waar je wel graag meer over te weten zou willen komen.
Je formuleert hiertoe eerst een vraagstelling met betrekking tot het specifieke thema. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor taalontwikkelingsstoornissen, verworven (kinder)afasie, of Primair Progressieve Afasie. De vraagstelling heeft bij voorkeur betrekking op de diagnostiek of behandeling van stoornissen in de fonologie, semantiek, morfosyntaxis of discourse.
Voor de beantwoording van je vraagstelling zoek je vervolgens wetenschappelijke artikelen. De bevindingen van je literatuurstudie rapporteer je in drie vormen, te weten als: 1) een wetenschappelijke rapportage 2) een klinisch beleidsdocument, namelijk een korte diagnostiek- of behandelvisie voor logopedisten en 3) als een poster(presentatie), waarop je op een begrijpelijke en visueel aantrekkelijke manier je eindverslag met klinisch advies samenvat.
Tot slot wordt er een afsluitende bijeenkomst georganiseerd, waarop elke student een korte presentatie over zijn/haar poster geeft, zodat je ook op de hoogte bent van wat je medestudenten tijdens de cursus aan kennis en inzichten hebben opgedaan.
|
|
|
|
Dit vak mag je alleen volgen met toestemming van de cursuscoördinator.
Only with permission from the coordinator of this course.
|
|
Voor sommige opdrachten geldt een inleverplicht.
|
|
|