Als je de cursus met een voldoende afsluit, heb je de volgende vaardigheden geleerd:
- Je bent in staat een onderzoek op te zetten, uit te voeren en er verslag van te doen.
- Je kunt theoretische vraagstellingen uit de antropologie en ontwikkelingsstudies vertalen naar een concreet onderzoek.
- Je bent in staat onderzoeksvragen naar onderzoekbare deelvragen te vertalen.
- Je beheerst basisvaardigheden op het gebied van kwalitatieve en kwantitatieve dataverzameling en -analyse.
- Je beheerst academische basisvaardigheden op het gebied van communicatie, argumentatie en presentatie.
|
|
Binnen het leerproject voer je een onderzoek uit binnen een zelf te bepalen thema onder intensieve begeleiding van docenten. De nadruk ligt op de relatie tussen theorie en praktijk: theoretische kennis wordt gekoppeld aan de vaardigheden die nodig zijn om een onderzoek uit te voeren. Het vertrekpunt voor de keuze van een thema voor je onderzoek vormt het idee dat burgers geacht worden een bijdrage te leveren aan ‘een betere wereld’ – anders gezegd: het idee dat burgers geacht worden actie te ondernemen. Jouw antwoord op de vraag ‘welke actie’ vormt dan feitelijk het onderzoeksthema.
Het leerproject begint met het formuleren van een probleemstelling over het thema dat je zelf hebt gekozen. Deze probleemstelling dient als uitgangspunt voor het verdere onderzoek in het leerproject. Daarna wordt er wekelijks gewerkt aan een onderzoeksverslag in de vorm van een uitgebreid wetenschappelijk artikel. Je kiest een thema en werkt aan het onderzoeksverslag in een groep van vijf personen.
Tijdens het leerproject leer je de verschillende stappen van het onderzoeksproces te doorlopen: het maken van een onderzoeksopzet, verzamelen van gegevens, analyseren, interpreteren en rapporteren van de onderzoeksresultaten. Hiervan schrijft elk groepje een wetenschappelijk verslag en presenteert elk groepje de belangrijkste uitkomsten tijdens een afsluitende bijeenkomst. Veel aandacht gaat uit naar het verzamelen van data. Hierbij gaat het zowel om kwalitatieve data (verzameld door middel van participerende observatie) als kwantitatieve data (verzameld door middel van een gestructureerde mondelinge en schriftelijke enquête). Je formuleert zelf enquêtevragen, bij voorkeur op basis van bevindingen uit de participerende observatie. Al deze vragen worden samengevoegd tot één enquête, die jullie zelf afnemen onder een groep (bekende) respondenten (meer informatie verderop in deze handleiding). De antwoorden uit de enquête analyseren jullie met behulp van de statistische kennis die jullie opdoen tijdens de cursus beschrijvende statistiek (MTB1003), die parallel loopt met dit leerproject. In de instructies over participerende observatie en over mondelinge en schriftelijke enquêtes afnemen, diepen jullie de twee genoemde onderzoeksmethoden uit en leren jullie hoe je dit soort onderzoek moet opzetten en uitvoeren.
In het leerproject oefen je concrete vaardigheden: literatuur zoeken, argumenteren, onderzoeksvragen formuleren, operationaliseren, interviewen, observeren, dataverwerking, statistisch analyseren met het computerprogramma SPSS en interpretatie van de uitkomsten, schriftelijk rapporteren en presenteren. Door het uitvoeren van een eigen onderzoek krijg je een goede kijk in de keuken van wetenschappelijk onderzoek, leer je kritisch denken, verzamel je zelfstandig relevante literatuur en gegevens, en ervaar je hoe wetenschappelijke kennis in de praktijk tot stand komt.
|
|
|
|
Deze cursus is nauw verwant met de cursus beschrijvende statistiek (MTB1003), die dan ook parallel loopt met dit leerproject. De kennis die je bij de cursus beschrijvende statistiek opdoet, hebben jullie nodig om de gegevens die jullie verzamelen d.m.v. het afnemen van de enquête te kunnen verwerken, analyseren en om de resultaten die daaruit naar voren komen te kunnen duiden en bespreken.
|
|
Het leerproject wordt afgesloten met een onderzoeksverslag en een presentatie. Ook de participatie in het onderzoek en in de werkgroep worden beoordeeld.
Deelname aan en het maken van opdrachten voor de observatie-instructie en interviewinstructie zijn verplicht en noodzakelijk voor het slagen van de cursus. Bij afwezigheid zal een vervangende opdracht gemaakt moeten worden. Deelname aan de werkgroepen is verplicht. Deelname aan de presentatiebijeenkomst (van jezelf en andere groepen) is verplicht.
|
|
|