- Je bent in staat kwalitatief en etnografisch onderzoek wetenschapstheoretisch en procedureel te situeren binnen het geheel van sociaal wetenschappelijk onderzoek.
- Je bent in staat onderscheid te maken tussen de verschillende benaderingswijzen en tradities van kwalitatief en etnografisch onderzoek.
- Je kunt vanuit theoretische vraagstellingen over culturele diversiteit en ongelijkheid onder begeleiding een etnografisch onderzoek ontwerpen, en in onderzoekbare termen operationaliseren, samplingsstrategieën aanpassen, data verzamelen via observatie en participatory technieken, en deze analyseren volgens de etnografische onderzoekcyclus.
- Je kunt zowel mondeling als schriftelijk verslag doen van de methodische logica die je in het onderzoek hebt gebruikt, deze verbinden aan de verkregen resultaten, en de betrouwbaarheid en generaliseerbaarheid evalueren.
- Je problematiseert het intersubjectieve karakter van het onderzoek door de rol van de onderzoeker te reflecteren, ethische dilemma's te formuleren en de integriteit van het onderzoek te waarborgen.
|
|
|
De cursus biedt de deelnemers in hoorcolleges inzicht in het ontstaan en ontwikkeling van kwalitatief en etnografisch onderzoek dat gangbaar is in de culturele antropologie en ontwikkelingsstudies. Nadruk in de cursus ligt op de beredeneerde logica en fasering van kwalitatief en etnografisch onderzoek: soorten vragen, vormen van operationalisering van begrippen en onderzoekseenheden, vormen van dataverzameling en -analyse die gericht zijn op de studie van de aard en eigenschappen van sociaal culturele verschijnselen, en de centrale plaats van reflectie en zelfreflectie in de analyse en vragen over betrouwbaarheid en geldigheid. De cursus vormt de wetenschapstheoretische onderbouwing van de leerprojecten in het BA2 en BA3.
Gedrag staat centraal in de sociale wetenschappen en wordt meestal onderzocht via interviews en enquêtes. Het blijft echter de vraag of mensen daadwerkelijk doen wat ze zeggen. Klassieke methoden in de antropologie en ontwikkelingsstudies die deze vragen problematiseren zijn het observeren van en participeren in het dagelijks leven van de onderzochte groep mensen. Data verzamelen gebeurt daarmee in de natuurlijke context van het gedrag, waardoor de context in het onderzoek wordt meegenomen en het gedrag daarbinnen begrepen (veldwerk). Het zijn bij uitstek methoden om verschijnselen te bestuderen, in plaats van meningen en opinies van individuen, bovendien gericht op onderwerpen waarover weinig bekend is of een taboe rust. Aangezien de onderzoeker zelf het waarnemings- en analyse-instrument is doen zich echter ook problemen voor rondom subjectiviteit en generaliseerbaarheid. In de werkgroepen voer je oefeningen onder begeleiding uit in de analyse van participerende observaties en het data verzamelen door participatieve appraisal technieken, om culturele patronen te achterhalen die in gedrag besloten liggen.
|
|
|
|
|
|
|