Aan het eind van de cursus Introductie Communicatiewetenschap kun je:
- de vanzelfsprekendheden die ten grondslag liggen aan ons alledaagse mediagebruik beschrijven en je bent in staat deze vanzelfsprekendheden met een analytische blik te beschouwen.
- de bovengenoemde vanzelfsprekendheden analyseren vanuit een sociaal-cultureel, historisch, beleidsmatig en technologisch perspectief
- de grondbegrippen, stromingen, scholen en voornaamste theorieën van de communicatiewetenschap reproduceren, uitleggen en toepassen.
- beschrijven welke ontwikkelingen hebben plaatsgevonden in het denken over de effecten van massacommunicatie.
- theoretische inzichten uit de communicatiewetenschap relateren aan fundamentele en toegepaste vraagstukken van communicatie via media.
|
|
In de cursus Introductie Communicatiewetenschap staan theorieën over de media centraal. Dat betekent dat je de handvatten aangereikt krijgt om het medialandschap, media inhouden en media-effecten beter te begrijpen. In twintig interactieve hoorcolleges bespreken we de grondbegrippen, stromingen, scholen en de voornaamste theorieën van de Communicatiewetenschap en de geschiedenis en ontwikkeling in wetenschappelijk denken over de media. Deze kennisstructuren vormen een belangrijke pijler van mediawijsheid (media literacy). Om een eerste inzicht in mediawijsheid te bieden, zullen we deze kennis actief relateren aan jouw eigen mediagebruik en ervaringen. Ten eerste leer je om de media kritisch te volgen en hun functioneren in een politieke, sociale, culturele, economische en technologische context te plaatsen. Daarbij worden belangrijke mediathema’s zoals informatie en nieuws, entertainment en advertenties behandeld. Daarnaast is het van belang te weten op welke manieren de media erin kunnen slagen ons en onze samenleving te beïnvloeden. We bespreken het denken over effecten van communicatie en media aan de hand van drie perspectieven: het individuele, het maatschappelijke en het culturele/kritische perspectief. |
|
|
|
De cursus beslaat twee perioden en wordt getoetst met behulp van twee tentamens.
Tentamen periode 1
- Het tentamen is een digitale toets met open vragen en wordt afgenomen via CIRRUS op de campus.
- De toets duurt 2 klokuren.
- Tentamengelegenheden zijn zichtbaar in het elektronisch rooster.
- In het tentamen worden toepassing van en reflectie op de tentamenstof uit periode 1 getoetst.
- Het tentamen in periode 1 bepaalt het eindcijfer voor 40%.
Tentamen periode 2
- Het tentamen is een digitale toets met meerkeuzevragen en wordt afgenomen via CIRRUS op de campus.
- De toets duurt 2 klokuren.
- Tentamengelegenheden zijn zichtbaar in het elektronisch rooster.
- In het tentamen worden kennis van, en inzicht op de tentamenstof uit periode 1 en 2 getoetst.
- Het tentamen in periode 2 bepaalt het eindcijfer voor 60%.
Eindcijfer
- Beide tentamens moeten tenminste met een 5,50 worden afgerond.
- Het eindcijfer wordt voor 40% bepaald door het cijfer voor het tentamen in periode 1 en voor 60% door het cijfer voor het tentamen in periode 2.
- Het eindcijfer wordt afgerond op hele en halve getallen, waarbij het cijfer 5,50 wordt afgerond naar een 6,0. De cursus is behaald wanneer je een cijfer 6 of hoger hebt behaald.
- Bij herkansingen van beide tentamens geldt het laatst behaalde cijfer.
Voor meer informatie zie Toetsbeleid Communicatiewetenschap
|
|
|
Raakvlakken met andere cursussen
De cursus Introductie Communicatiewetenschap heeft raakvlakken met de cursus Mediareflectie (CWB1014). In de cursus Media Reflectie komt de toepassing van het concept mediawijsheid verder aan bod. In die cursus reflecteer je op de media-inhouden en mediagebruik en de effecten daarvan op jezelf (me-search) en anderen (research). Die reflectie staat in dienst van mediawijsheid. Omdat je op weg bent een mediawijze professional te worden, is dit inzicht in de eigen mediawijsheid essentieel. Met name de vaardigheden en persoonlijke motivatie die ingezet kunnen worden bij het omgaan met nieuws, entertainment en reclame, komen in de cursus Media Reflectie aan bod.
|
|