| | | | Cursus | | SOW-PWB1290 | Categorie | | PB (Propedeuse) | Voertaal | | Nederlands | Aangeboden door | | Radboud Universiteit; Faculteit der Sociale Wetenschappen; Pedagogische Wetenschappen; | Docenten | | | | Collegejaar | | 2017 | | Periode | | 3 | (05-02-2018 t/m 29-03-2018) |
| Aanvangsblok | | 3 | |
| Onderwijsvorm | | voltijd | |
| Opmerking | | - | Inschrijven via OSIRIS | | Ja | Inschrijven voor bijvakkers | | Ja | Voorinschrijving | | Nee | Wachtlijst | | Nee | Plaatsingsprocedure | | - |
| | | | | |
Aan het einde van de cursus is de student in staat om:
- de kenmerken te benoemen van orthopedagogische theorieën en modellen met betrekking tot jeugdzorg, gehandicaptenzorg en speciaal onderwijs (1, 2)
- de kenmerken te benoemen van orthopedagogische werkwijzen in diagnostiek en behandeling met betrekking tot orthopedagogische wetenschapsbeoefening, jeugdzorg, gehandicaptenzorg en speciaal onderwijs (2)
- de verschillen te benoemen tussen een orthopedagogische, psychologische en psychiatrische benadering van problemen bij kinderen en jeugdigen (2)
- de elementen te benoemen waaruit ‘evidence based’ werken in de orthopedagogiek bestaat met betrekking tot jeugdzorg, gehandicaptenzorg en speciaal onderwijs (2, 4)
- de hoofdpunten te benoemen van zes orthopedagogische probleemvelden/doelgroepen met betrekking tot symptomen, etiologie, pathogenese, prevalentie, comorbiditeit en behandeling (1, 2)
- een actueel orthopedagogisch onderwerp te analyseren aan de hand van orthopedagogische theorieën en modellen (2, 5)
|
|
|
Deze cursus wil studenten inzicht geven in de historie en werkwijzen van de orthopedagogiek. Omdat voor studenten deze cursus een eerste kennismaking is met orthopedagogische werkvelden en met kinderen en jeugdigen die een atypische ontwikkeling doormaken wordt nagestreefd een realistisch referentiekader te creëren dat aansluit bij de huidige klinische praktijk.
In deze cursus leert de student wat orthopedagogiek is en hoe dit wetenschapsgebied zich verhoudt tot de pedagogiek. De orthopedagogiek wordt vanuit vier invalshoeken bekeken: de geschiedenis van de orthopedagogiek, orthopedagogische werkwijzen, orthopedagogische werkvelden en orthopedagogische probleemvelden of doelgroepen. De historische context komt kort aan bod omdat dit meer uitgebreid wordt behandeld in het vak wijsgerige en historische context. De orthopedagogiek heeft een aantal werkwijzen opgeleverd die haar onderscheidt van verwante disciplines als de ontwikkelings- en klinische psychologie en de psychiatrie. Te denken valt aan het handelingsgericht zijn, de systeem en gezinsbenadering en de regulatieve cycli in diagnostiek en behandeling. In deze cursus wordt verder stilgestaan bij de wijze waarop binnen de orthopedagogiek vorm wordt gegeven aan het ‘scientist practitioner’ model. Er wordt een korte schets gegeven van werkvelden waarin orthopedagogen werkzaam kunnen zijn. Traditioneel zijn dit werkvelden binnen de jeugdzorg, de gehandicaptenzorg en het speciaal onderwijs. Ten slotte worden een aantal doelgroepen en probleemvelden binnen deze werkvelden behandeld: kinderen die mishandeld of verwaarloosd worden, multi-probleemgezinnen, kinderen met complexe pathologie, kinderen en jongeren met delinquent gedrag, vluchtelingkinderen, kinderen met zintuiglijke beperkingen en speciaal (cluster)onderwijs. Naast een algemene inleiding in de orthopedagogiek biedt dit vak ook een voorbereiding op de tweedejaarsvakken ontwikkelingsproblemen, leerproblemen en gedragsproblemen. In deze vakken komen andere doelgroepen nadrukkelijk aan bod. |
|
|
|
|
Schriftelijk tentamen met gesloten vragen en een opdracht De afsluitende toets bestaande uit multiple choice vragen. Daarnaast maakt de student één tussentijdse opdracht waarin een actueel orthopedagogisch probleem wordt gekoppeld aan de bestudeerde stof in de vorm van een wetenschappelijk betoog. De opdracht wordt ingeleverd via Turn-it-in (in Blackboard). Er wordt gecontroleerd op plagiaat en identieke uitwerking van opdrachten. De tussentijdse opdracht maakt 20% uit van het eindcijfer, de afsluitende toets 80%. Tussentijdse opdracht en eindtoets mogen elk apart onvoldoende gemaakt worden zolang het eindcijfer maar minimaal een 5,5 is. De tussentijdse opdracht kan niet overgemaakt worden, de eindtoets wel. Bij herkansing in een nieuw studiejaar dient de tussentijdse toets opnieuw gemaakt te worden. |
dr. M.P.J. Vervloed, T: 024-3616047, E: m.vervloed@pwo.ru.nl |
| | | Verplicht materiaalBoekRuijssenaars, van den Berg & van Drenth (RB&D) (2013). Orthopedagogiek, Ontwikkelingen, theorieën en modellen. Antwerpen/Apeldoorn: Garant. Hfd 1 t/m 7 (240 blz.) |
| BoekVan der Ploeg, J. & Scholte, E. (P&S) (2011). Orthopedagogische probleemvelden en voorzieningen in Nederland. Antwerpen/Apeldoorn: Garant. Hfd 1,2,4, 9 t/m 18, 21 en 22 (287 blz.) |
| LiteratuurLiteratuur zelf te zoeken voor opdracht + dictaten door docenten. |
|
|
WerkvormenToetsenTentamen en opdrachtenWeging | | 1 |
Gelegenheden | | Blok 3, Blok 4 |
|
|
| | |
| |
| |