De student is in staat om:
- drie niveau´s van verklaringsmodellen te onderscheiden: individueel, sociaal en maatschappelijk
- onderliggende paradigma’s/modellen die (probleem)gedrag kunnen verklaren en typen interventies die voortkomen uit deze modellen te herkennen en te benoemen
- interventies te koppelen aan verklaringsmodellen
- te reflecteren op voordelen en uitdagingen van het denken in en met verklaringsmodellen
- verantwoord te handelen, gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde (d.i. theoretisch en/of empirisch gefundeerd) keuzes voor modellen
|
|
In de cursus staat het volgende basisschema (drieslag) centraal:
- Wat is de problematiek, de klacht, de hulpvraag?
- Welke (deel)verklaring, mechanismen, processen, theorie zijn bruikbaar?
- Welke behandeling, interventies, programma's kunnen op basis van deze verklaring aan hulpvragers voorgesteld worden?
Het gaat erom dat studenten onderlinge verbanden leren zien tussen de drie bovengenoemde elementen van de drieslag
Inhoudend
- Het verwerven van kennis en inzicht in het proces van theorie- en modelvorming en reflectie op de consequenties van het denken vanuit verschillende theorieën.
- Het leggen van de koppeling tussen de soorten verklaringen voor orthopedagogische hulpvragen van kinderen, jongeren en jongvolwassenen binnen een opvoedingscontext en de soorten interventies die met deze verklaringen samenhangen
- Verwerven van kennis omtrent de meest vigerende theorieën en modellen met betrekking tot de oorzaak en de verdere ontwikkeling (verklaringstheorieën en -modellen) en hun link met de beïnvloedbaarheid / veranderbaarheid (veranderingstheorieën en -modellen) van orthopedagogische problemen.
Hierbij gaat het vooral om de volgende theoretische oriëntaties:
- neuropsychologische, biologische verklaringen
- ontwikkelingspsychologische verklaringen (normale ontwikkeling), psychodynamische verklaringen
- leertheoretische, en cognitief theoretische verklaringen.
- (multi)systeemtheoretische verklaringen.
- maatschappelijke verklaringen (zoals risico/beschermende factoren model)
- Illustratie van de verklaringstheorie(ën) achter behandelingen zoals deze uitgevoerd worden binnen de Jeugdzorg en de Jeugd-GGZ.
Attituden De student is zich ervan bewust dat hij/zij verantwoord zal handelen, gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde (d.i. theoretisch en/of empirisch gefundeerd) keuzes voor modellen.
Positie van de cursus in de opleiding De cursus wordt gegeven in het B2-jaar in het tweede semester en sluit aan bij het B1 vak Algemene Pedagogiek en het B2 vak ‘Ontwikkelingspsychopathologie'. De cursus gaat vooraf aan de B3 vakken ‘Interventies' en ‘Sociale Contexten'.
|
|
|