|
Tijdens deze stage doet de student onderzoeks- en werkervaring op in een pedagogisch beleidsveld. Het gaat in deze stage om het ontwikkelen van analytische, wetenschappelijke, reflectieve en communicatieve competenties, die de student in staat stellen om bijvoorbeeld als beleidsadviseur of praktijkonderzoeker te gaan werken.
Leerdoelen:
Aan het einde van de stage is de student in staat om:
- een organisatievraagstuk te herkennen, te formuleren en te analyseren
- concepten, aannamen, argumenten en waarden die bepalend zijn voor het betreffende beleidsveld aan te wijzen en te becommentariëren
- normatieve en/of empirische vraagstukken in het betreffende veld te articuleren, te analyseren en te evalueren.
- een toegepast en methodisch verantwoord onderzoeksplan te ontwerpen met betrekking tot pedagogisch beleid en/of advies
- veld- en literatuuronderzoek te verrichten en hiervan de voortgang en resultaten te evalueren.
- een gedegen en goed geformuleerd rapport op te stellen dat getuigt van een doordachte visie, die in relatie staat tot de context van de organisatie.
- een product (advies, training, voorlichting, conferentie, protocol et cetera) te ontwikkelen dat relevant en bruikbaar is voor de organisatie
- professioneel te handelen als basispedagoog
|
 |
|
De stage die opleidt tot NVO basispedagoog is een niet-klinische stage. Dit betekent dat de stage gericht is op het uitvoeren van opdrachten op organisatieniveau. De aard van de stage is divers en kan liggen op het terrein van onderzoek, ontwikkeling, advies, professionalisering, implementatie of begeleiding. De inhoud van de stage heeft een pedagogische inslag en heeft bijvoorbeeld te maken met (jeugd)zorg, welzijn, integratie en participatie, onderwijs, justitie, sport en cultuur. Mogelijke stageorganisaties zijn gemeenten, welzijnsorganisaties, zorginstellingen, onderwijsorganisaties, kenniscentra, onderzoeks- en adviesbureaus, NGO’s. De stage kan vanuit alle masterspecialisaties Pedagogische Wetenschappen worden gedaan.
De werkzaamheden en het stage-product zijn gerelateerd aan bepaalde beleidsaspecten op organisatieniveau, dat kan ook op gemeentelijk, regionaal, landelijk en zelfs internationaal niveau zijn. Studenten voeren altijd een hoofdproject uit waarbij een theoretische en praktische analyse wordt uitgevoerd. Het stage-product is bijvoorbeeld een goed onderbouwd adviesrapport, onderzoeksrapport, protocol, training, interventie, beleidsnotitie, voortgangsmonitor of portfolio van diverse deelproducten. Naast de hoofdopdracht is er ook ruimte om op de stageplaats andere werkzaamheden te doen of activiteiten te ontplooien. De student overlegt dit altijd met de stageorganisatie.
Een voorwaarde om aan de masterstage te beginnen, is het doen van een pre-inschrijving. Nadere informatie over de stage en de pre-inschrijving wordt verstrekt in de digitale leeromgeving Brightspace (Oriëntatie masterstage pedagogiek). Voor vragen over de pre-inschrijving, neem contact op met de coördinator van de pre-inschrijving, Annefleur Veens, annefleur.veens@ru.nl
De student zoekt tijdig zelf een stageplaats. De stageplaats en een globale omschrijving van de inhoud van de stage moet door de stagecoördinator worden goedgekeurd. Op de digitale leeromgeving is hierover nadere informatie te vinden. Op basis van een vraagstelling vanuit de organisatie en op basis van eigen interesse stelt de student een stageplan op, waarin leerdoelen en stageactiviteiten zijn opgenomen. Het stageplan wordt goedgekeurd door de externe begeleider en de stage-begeleidende docent van de opleiding.
De gedetailleerde regelingen en richtlijnen voor de stage zijn opgenomen in het Reglement Stage Pedagogiek. De omvang van de stage bedraagt 20 EC (560 uur). Hierbij zijn ook inbegrepen het opstellen van het stageplan, het schrijven van het stageverslag en het bijwonen van de intervisiebijeenkomsten. Studenten vullen de stage aan met de cursus Policy, Paradigms and Human Development (5 EC). Ook een aantal coachopdrachten van de cursus Coaching II worden op de stageorganisatie uitgevoerd.
Werkvormen
Vanuit de opleiding worden er een aantal intervisiebijeenkomsten georganiseerd. Deelname aan de intervisiebijeenkomsten is verplicht.
|
|
|
|
|
Toegelaten tot de Masteropleiding Pedagogische Wetenschappen (zie toelatingsvoorwaarden OER).
|
|
|
De begeleider van de organisatie en de stage-begeleidende docent beoordelen beiden de stage. De begeleider van de organisatie doet een voorstel voor het cijfer. De RU docent is eindverantwoordelijke.
|
|
Pre-inschrijving:
Een voorwaarde om aan je stage te beginnen, is het doen van een pre-inschrijving. Nadere informatie over de pre-inschrijving wordt verstrekt in de digitale leeromgeving Brightspace. Voor vragen over de pre-inschrijving, neem contact op met de coördinator
Let op: in deze cursus wordt omgegaan met vertrouwelijke gegevens van derden. Heb je normaliter je beveiligde RU-mail doorgelinkt naar je persoonlijke mailadres? Dan dien je vanwege de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) dat (tijdelijk) uit te zetten en bestanden met gevoelige informatie altijd te beveiligen met een wachtwoord.
Gezien de huidige situatie omtrent COVID-19 is alle informatie uit deze cursusbeschrijving nadrukkelijk onder voorbehoud. Toekomstige ontwikkelingen op het gebied van COVID-19 zouden ertoe kunnen leiden dat bepaalde passages niet langer overeenkomen met de beschrijvingen die bij de start van het studiejaar zijn gemaakt. Aan de cursusbeschrijvingen kunnen dan ook geen rechten worden ontleend.
|
|
|