De rol van hiërarchische structuur in taalgebruik

woensdag 29 maart 2023, 12:30
Promovendus
Cas Coopmans
Promotor(s)
prof. dr. P. Hagoort, prof. dr. H. de Hoop
Copromotor(s)
dr. A.E. Martin

Om zinnen te maken, zetten we woorden één voor één achter elkaar, alsof die woorden kralen aan een ketting zijn. Van buitenaf gezien zijn zinnen dus lineair, maar onder die lineaire sequentie gaat een bepaald type structuur schuil. Die structuur is hiërarchisch, wat inhoudt dat woorden worden gecombineerd in constituenten, die vervolgens weer worden gecombineerd met andere woorden in grotere constituenten, en zo door. Dit is bijvoorbeeld te zien aan de ambiguïteit van een zin als “de vrouw bekijkt de man met de verrekijker”. Deze zin heeft twee betekenissen, terwijl geen van de woorden ambigu is. De ambiguïteit volgt uit het feit dat “met de verrekijker” gelinkt kan worden aan zowel “de man” als “zag de man”. In het eerste geval is er een man met een verrekijker die bekeken wordt door een vrouw, en in het tweede geval gebruikt de vrouw de verrekijker om de man te bekijken. Om taal te begrijpen, moeten we aan de hand van lineaire input een hiërarchisch georganiseerde structuur opbouwen. Dit proefschrift gaat over de vraag hoe we dat doen. Om deze vraag te beantwoorden, heeft Cas gekeken naar zowel het gedrag en de elektrische hersenactiviteit van mensen in neurolinguïstische experimenten.

Cas Coopmans heeft de bachelor Psychologie gestudeerd aan de Universiteit Utrecht en de master Cognitieve Neurowetenschappen aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Na het behalen van zijn master is hij begonnen aan een PhD op het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek in Nijmegen. Gedurende vier jaar heeft Cas gekeken naar de rol van hiërarchische structuur in het verwerken van geschreven en gesproken taal. Op dit moment doet hij een post-doc op het Donders Centre for Cognitive Neuroimaging.