Sonja Meijer (hoogleraar Penitentiair recht) uit in het NRC kritiek op het plan van staatssecretaris Coenradie om gedetineerden naar het buitenland te sturen, specifiek naar Estland. Meijer vindt dit idee "te kort door de bocht", vooral met betrekking tot vreemdelingen die na hun straf Nederland moeten verlaten. Ze benadrukt dat ook dan gewerkt moet worden aan hun resocialisatie, iets dat moeilijk realiseerbaar is vanuit een buitenlandse gevangenis. Daarnaast wijst Meijer op het recht van gedetineerden op bezoek, wat in Nederland eenmaal per week mogelijk is. In eerdere gevallen, zoals bij het plaatsen van Belgische gevangenen in Nederland, was dit nog praktisch uitvoerbaar. Maar de afstand tot Estland maakt dit in het huidige plan onrealistisch.
Karen Geertsema (docent Rechtssociologie en Migratierecht) bekritiseert in het Financieele Dagblad het kabinetsplan om een asielcrisis uit te roepen zonder parlementaire goedkeuring. Volgens haar zijn de voorgestelde maatregelen al uitvoerbaar binnen de huidige wetgeving, zonder een noodprocedure te gebruiken. Geertsema stelt dat het kabinet "pure symboolpolitiek" bedrijft met het uitroepen van een asielcrisis, en dat dit vooral negatieve effecten zal hebben op de toch al overbelaste asielketen. Ze benadrukt: “Het kabinet denkt zo ontzettend te kunnen afschrikken en wat het daadwerkelijke effect van de maatregelen is, doet er niet toe. Het effect op de asielketen zal enorm zijn.”
Henri de Waele (hoogleraar Internationaal en Europees recht) bespreekt in een artikel van Nu.nl de juridische aspecten van grenscontroles binnen de EU en het Schengengebied. Hij benadrukt dat Nederland, net als Duitsland, tijdelijke grenscontroles kan invoeren, mits deze goed worden onderbouwd en gemeld bij de Europese Commissie. Dit is toegestaan wanneer er sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals terrorisme of mensensmokkel. De Waele legt uit: "De tijdelijke controles moeten ook worden aangemeld bij de Europese Commissie. Die beoordeelt of er daadwerkelijk sprake is van bijzondere omstandigheden." De Waele geeft ook aan dat er sinds de oprichting van de Schengenzone in 1995 geen permanente grenscontroles meer mogen zijn binnen de EU.
Ook Carolus Grütters (onderzoeker Rechtssociologie en Migratierecht) bespreekt dit onderwerp bij Omroep Gelderland. Hij ziet de paspoortcontroles langs de grens met Duitsland als weinig effectief en beschouwt ze als symboolpolitiek. Hij wijst erop dat de grens te groot is om adequaat te controleren als er een echte terroristische dreiging zou zijn. Grütters noemt het bovendien ironisch dat vrachtverkeer vrij kan doorgaan, wat volgens hem impliceert dat kwaadwillenden eenvoudig gebruik zouden kunnen maken van vrachtwagens. Hij zegt hierover: "Vanuit terroristisch oogpunt: nou dan huren we dus een vrachtwagen, want die heeft vrij doorgang."
Ashley Terlouw (hoogleraar Rechtssociologie) reageert voor Nu.nl kritisch op het gebruik van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) om delen van de vreemdelingenwet buiten werking te stellen. Volgens haar is er op dit moment geen sprake van een crisis die een dergelijke noodmaatregel rechtvaardigt. Ze wijst erop dat er geen plotselinge, massale instroom van asielzoekers is en dat, als er zoveel urgentie was, het kabinet niet een heel zomerreces had moeten wachten voordat actie werd ondernomen. Terlouw stelt ook dat het land niet bestuurd moet worden door dit soort crisismaatregelen: “Dat ondermijnt de democratie en controle van het parlement. Het tast de rechtsstaat aan.”
Ook in het NRC uit Terlouw haar twijfels over de noodzaak van het uitroepen van een asielcrisis door het kabinet. Ze stelt hier dat crisiswetgeving normaal gesproken bedoeld is voor extreme situaties zoals oorlogen of pandemieën, en vindt het onaannemelijk dat de Raad van State de situatie als crisis zal erkennen. Volgens haar ontbreekt de juridische basis om een noodsituatie uit te roepen. Ze benadrukt: "Iedereen die in de materie zit, ziet dat volgens de juridische definitie geen sprake is van een noodsituatie."
Paul Bovend’Eert (emeritus hoogleraar Staatsrecht) blikt voor het Reformatorisch Dagblad terug op de troonrede. Hij merkt op dat de troonrede van het huidige kabinet een duidelijke verschuiving naar rechts laat zien in vergelijking met de voorgaande kabinetten-Rutte. Hij wijst op belangrijke verschillen, zoals de afname van de aandacht voor klimaatverandering en de strengere maatregelen rond asiel- en arbeidsmigratie. Ook ziet hij een breuk met het vorige beleid rondom stikstofreductie. Volgens Bovend’Eert is er een opvallende invloed van de coalitiepartijen zoals PVV, NSC en BBB. Hij vat samen: “Impliciet geeft de troonrede af op het zogenoemde falende beleid van de voorgaande kabinetten.”