De rechtenfaculteit in de media, week 39

In deze rubriek vind je een overzicht van medewerkers van de Nijmeegse rechtenfaculteit die de afgelopen week in de media verschenen. Deze week met bijdragen van Robbert-Jan Verkes, Tesseltje de Lange, Carolus Grütters, Hansko Broeksteeg en Paul Bovend’Eert.

Robbert-Jan Verkes (bijzonder hoogleraar Forensische Psychiatrie) analyseert voor Omroep Gelderland de handelingen van ‘klusjesman’ Michael, een oplichter. Verkes legt uit dat Michael, net als veel notoire oplichters, psychopathische trekken vertonen. Deze trekken zijn grotendeels aangeboren en maken behandeling moeilijk. Over het soort oplichters als Michael zegt Verkes: “Iemand parasiteert op anderen en zit daar kennelijk helemaal niet mee.” Hij benadrukt dat deze mensen vaak moeilijk behandelbaar zijn, omdat ze gericht zijn op beloningen op korte termijn. Wel kun je proberen mensen met psychopathie te leren dat andere zaken meer belonend zijn dan het criminele gedrag dat ze vertonen.

Tesseltje de Lange (hoogleraar Europees Migratierecht) benadrukt in de podcast Dossier Europa van BNR dat arbeidsmigratie de krapte op de arbeidsmarkt kan oplossen. Spanje staat aan de frontlinie van Europa’s vergrijzingscrisis en verwacht hiermee grote problemen op de arbeidsmarkt. De Lange legt uit dat er veel Europese landen kampen met tekorten op de arbeidsmarkt en dat ze over de grenzen kunnen kijken om deze tekorten op te lossen. Toch is arbeidsmigratie volgens De Lange niet de oplossing voor de vergrijzingscrisis: “Je zal op een andere manier je economie en samenleving moeten inrichten, rekening houdend met minder mensen. Je moet investeren in onderwijs en de preventie van zorgvraag is ontzettend belangrijk als je niet wil dat we zorgmigranten nodig hebben, een kind kan de was doen.”

Carolus Grütters (onderzoeker Rechtssociologie en Migratierecht) en Hansko Broeksteeg (hoogleraar Staatsrecht) bekritiseren in het Reformatorisch Dagblad het huidige asielbeleid. Grütters is tegen het afschaffen van de Spreidingswet, die de verdeling van asielzoekers beter regelt. Ook waarschuwt hij voor het gebruik van het staatsnoodrecht: „Dan krijg je een situatie waarin de minister van alles kan doen, ook zaken die tegen alle regels ingaan. Ze kan de Raad van State volledig passeren en daarmee ook het democratische proces omzeilen. En dat alleen voor een korte periode, tot de rechter haar terugfluit. Dat is levensgevaarlijke emotiepolitiek.”

Broeksteeg benadrukt dat het staatsnoodrecht slechts tijdelijk kan worden ingezet: „Op een gegeven moment zul je je moeten bedienen van gewone wetgeving. Dit is wat de minister bedoelt met de asielcrisiswet. Dat is een gewone wet waarin ze een wijziging van de Vreemdelingenwet wil bewerkstelligen.” 

Paul Bovend’Eert (emeritus hoogleraar Staatsrecht) belde met Gerda Blees van de Volkskrant over het voorkomen van onwettig gebruik van het noodrecht. Hij legt uit dat ieder besluit van de regering een koninklijk besluit is, de koning heeft geen inspraak hierin en is verplicht het besluit te ondertekenen. Toch, haalt Bovend’Eert aan, weigerden vorsten in het verleden besluiten te ondertekenen. Om te voorkomen dat een niet verkozen, onschendbaar staatshoofd zo veel invloed heeft, is in 1983 in de grondwet opgenomen dat de koning alleen nog een adviesfunctie heeft. Bovend’Eert heeft vertrouwen in de democratische rechtsorde: “Geert Wilders moet het nog slikken, maar die staatsnoodregeling is eigenlijk al van tafel.”