Minister van Financiën Sigrid Kaag en president van de Algemene Rekenkamer Ewout Irrgang tijdens Verantwoordingsdag 2023. Foto: Martijn Beekman
Vanaf nu zijn onze Jaarboeken Parlementaire Geschiedenis weer te lezen. Ook de delen van de serie Parlementaire Geschiedenis zijn open access beschikbaar. De komende weken zullen we regelmatig een pareltje uit onze jaarboeken onder de aandacht brengen.
De derde dinsdag in september is een breed bekend begrip: Prinsjesdag. De derde woensdag in mei daarentegen is een dag die niet bij iedereen een belletje zal doen rinkelen. Die dag houdt de Kamer Verantwoordingsdag. Dit jaar zal dat zijn op woensdag 15 mei 2024 en wel voor de 25e keer. Waar de Kamer bij Prinsjesdag vooral vooruitkijkt aan de hand van de begroting voor het volgend jaar, werpt zij op 15 mei een blik in de achteruitkijkspiegel. De minister van Financiën en soms ook de minister-president komen zich die dag verantwoorden in de Tweede Kamer over de uitgaven van de verschillende ministeries.
Daar hoort, net als bij Prinsjesdag een apart koffertje voor de minister van Financiën bij. Hoewel het kofferopschrift ‘derde woensdag in mei’ visueel benadrukt dat Prinsjesdag en Verantwoordingsdag elkaar completeren, lijkt in de praktijk toch meer sprake van een ‘grote zus met een klein broertje’. Waar de plannen voor het nieuwe jaar in een ivoorkleurig koffertje van geitenperkament [1] liggen, moeten de jaarcijfers het doen met een eenvoudig bruin exemplaar. Bekende franje die we bij Prinsjesdag kennen zoals de hoedjesparade, rijtuigen met koninklijke familie en kinderen die met vlaggetjes zwaaien, is in mei afwezig. Ook de journalistieke aandacht voor de jaarcijfers en het jaarverslag is matig. Susanne Geuze, die in 2014 een artikel schreef over 15 jaar Verantwoordingsdag, tekende op dat ze dat jaar zelfs de enige aanwezige verslaggever was bij het Verantwoordingsdebat. [2]