aivd kantoor
aivd kantoor

Rowin Jansen en Bart Jacobs adviseren Kamer over herziening Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten

Docent Algemene Rechtswetenschap Rowin Jansen en hoogleraar Security, Privacy & Identity Bart Jacobs presenteerden op 30 september 2024 hun wetenschappelijke factsheet over de herziening van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv 2017) aan de rapporteurs van de commissie Binnenlandse Zaken, Barbara Kathmann (GroenLinks-PvdA) en Jesse Six Dijkstra (NSC).

Jansen en Jacobs schreven deze factsheet op verzoek van de Tweede Kamer. Eerder adviseerden Jansen en Jacobs de Tweede Kamer in een position paper en een rondetafelgesprek al over de zogeheten Cyberwet, die de AIVD en de MIVD tijdelijk meer operationele mogelijkheden biedt om snel te kunnen reageren op digitale spionage en cyberaanvallen.

De Wiv 2017 biedt de grondslag voor de activiteiten van de AIVD en de MIVD. Deze wet kwam in de volksmond bekend te staan als de ‘Sleepwet’, vanwege de mogelijkheid tot grootschalige dataverzameling. Op dit moment lijken de diensten geen essentiële bevoegdheden te missen. Een verruiming van het bevoegdhedenarsenaal is nu dus niet aan de orde. 

In hun factsheet benadrukken Jansen en Jacobs dat de nieuwe wetgeving vooral zal moeten focussen op (de privacywaarborgen voor en het toezicht op) AI en geautomatiseerde data-analyse. Een moderne geheime dienst speurt namelijk niet meer handmatig naar bedreigingen van de nationale veiligheid, bijvoorbeeld in openbare bronnen of toegespeelde notulen, maar laat gespecialiseerde software grote gegevensbestanden en communicatiestromen analyseren.

Jansen en Jacobs stellen dat het toezicht op de diensten zoveel mogelijk moet worden ondergebracht bij één gespecialiseerde toezichthouder, met een bindende interventiemogelijkheid. Dat vereist meteen ook een nieuwe, speciale rechtsgang bij de Raad van State. Het zwaartepunt in het toezicht zal wat hen betreft moeten verschuiven van de spreekwoordelijke voorkant (ex ante) naar de achterkant (real time). Zij waarschuwen bovendien voor een (verdere) toename van de regelcomplexiteit. De wetgever zal moeten opletten dat deze toch al buitengewoon complexe wet niet nog veel ingewikkelder wordt en in de praktijk ook uitvoerbaar blijft.