Onze gebouwen worden vrijwel allemaal continu voorzien van verse geconditioneerde lucht. In de zomer, als het buiten 21°C of warmer is, stroomt gekoelde lucht de ruimtes binnen. Je hoeft hier zelf niets voor te doen, het systeem regelt automatisch wanneer meer of minder koeling nodig is.
Aanpassingen en maximaal haalbare koeling
In een aantal gebouwen kun je de temperatuur in een ruimte eenvoudig aanpassen via de thermostaat aan de muur. Wil je het iets koeler? Gebruik de –knop om de temperatuur te verlagen. Heb je het liever iets warmer? Gebruik dan de +knop. Hiermee kun je de temperatuur maximaal 1,5°C hoger of lager instellen. Het kan echter wel enige tijd duren voordat de aanpassing merkbaar is.
Het centrale systeem kan een ruimte koelen met circa 4 ºC tot 8 ºC ten opzichte van de buitentemperatuur. Als het buiten bijvoorbeeld 33 ºC is, dan is een binnentemperatuur van 25 ºC haalbaar, koeler wordt het niet. Op extreem warme dagen kan het daarom voorkomen dat niet alle kamers de gewenste koelte bereiken.
Zonwering omlaag en ramen dicht
Om de warmte zoveel mogelijk buiten te houden laat je de zonwering neer voordat de zon naar binnen kan schijnen. Is het buiten warmer dan binnen? Houd dan de ramen dicht.
In enkele oudere gebouwen, zoals TvA 1 en Huize Heyendael, is slechts in enkele ruimtes koeling beschikbaar. Op warme dagen is het hier daarom nog belangrijker om de zonwering tijdig te laten zakken en de ramen dicht te houden. Voor extra ventilatie kun je binnendeuren openzetten.
Lukt het niet om de ruimte koel te houden? Zoek dan een koelere werkplek in een ander (deel van het) gebouw.
Storing melden
Is er sprake van een storing in het systeem? Neem dan contact op met het Service Centre via 024 361 3333 of vul het formulier op de website in.